This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Welke persoon heeft onderstaande uitspraak gedaan? " Als je de macht zou verdelen over meerdere personen, is de kans kleiner dat er misbruik van de macht wordt gemaakt."
A
Rousseau
B
Napoleon
C
Robespierre
D
Montesquieu
Slide 3 - Quiz
Welke zin(nen) is/zijn juist? I.Een bisschop zat in de tweede stand en een hertog in de eerste stand. II. Een advocaat en boer zaten beiden in de derde stand.
A
I en II zijn beide juist
B
I en II zijn beide onjuist
C
I is juist, II is onjuist
D
I is onjuist, II is juist
Slide 4 - Quiz
Met de bestorming van de Bastille begon de Franse Revolutie. Wanneer was deze bestorming?
A
14 juli 1789
B
14 juni 1798
C
14 juli 1889
D
4 juli 1789
Slide 5 - Quiz
Alle mensen hebben dezelfde rechten. Hoe noem je deze rechten?
A
Basisrechten
B
Grondrechten
C
Mensenrechten
D
Kiesrecht
Slide 6 - Quiz
Waar is Napoleon vooral door de kou verslagen?
A
Waterloo
B
Leipzig
C
Rusland
D
Elba
Slide 7 - Quiz
Wat houdt verlicht absolutisme in?
A
Het volk had geen inspraak in het bestuur, maar de vorst zorgde wel voor zijn volk.
B
De vorst werd afgezet.
C
De vorst heeft geen macht meer.
D
Er is een gekozen volksvertegenwoordiging aan de macht.
Slide 8 - Quiz
'burger Capet'
A
leidde Frankrijk vóór Robespierre
B
was de eerste Girondijnse leider van de revolutie
C
werd onthoofd in 1793
D
stelde de wet 'Le Chapelier' op
Slide 9 - Quiz
Napoléon
A
staat bekend om zijn Verlichtingsidealen
B
heeft de Franse Revolutie de nek omgedraaid
C
maakte een einde aan het Directoire
D
is definitief verslagen in 1813
Slide 10 - Quiz
In welke mate is de Franse Revolutie verlicht te noemen?
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
2a
Slide 17 - Open question
2b
Slide 18 - Open question
2c
Slide 19 - Open question
11 a
Slide 20 - Open question
11b
Slide 21 - Open question
11c
Slide 22 - Open question
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Zet de zinnen in de juiste volgorde van tijd. Begin met de gebeurtenis die het langst geleden is.
Een groep burgers maakt bekend dat zij zonder de eerste en tweede stand gaan vergaderen.
De Bastille wordt aangevallen: de Franse Revolutie is begonnen.
De derde stand wil dat ook edelen en geestelijken belasting gaan betalen.
De edelen en de geestelijken stemmen tegen en er verandert dus niets.
De koning roept een vergadering van de drie standen bij elkaar.
Slide 27 - Drag question
Even stilstaan voor we verder gaan: een kort overzicht van het voorafgaande.
In welke mate is de Franse Revolutie verlicht te noemen?