Les 3: Breedte- en Lengtegraden

Startklaar
1 / 34
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Startklaar

Slide 1 - Slide

Startklaar (3 min)

Docent begroet leerlingen, instrueert alle leerlingen om startklaar te zijn en legt materialen klaar.

Leerlingen zorgen ervoor dat zij alle benodigde spullen op tafel hebben, jas uit, mobiel in tas. (Zorg voor een nette en georganiseerde ruimte.)
Planning
Wat gaan we doen?
Programma
  • Voorkennis/actualiteit
  • Uilteg nieuwe stof
  • Aantekeningen maken
  • Opdrachten maken
  • Doelencheck 
  • Afsluiting


Planning en studiewijzer

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

- Wat voor soort kaart zien we hier?

- Welke kaart elementen missen we op de kaart?
Vorige les
Terugblik

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

- Wat voor soort kaart zien we hier?

- Hoe herkennen we dit soort kaarten?
Vorige les
Terugblik

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

LEZEN 10 min
Lezen

Slide 5 - Slide

https://www.nu.nl/klimaat/6303415/al-een-jaar-recordtemperaturen-in-oceanen-tekenen-dat-opwarming-versnelt.html?referrer=https%3A%2F%2Fwww.google.com%2F
      Topografie
Deze periode leer je het onderstaande:
De continenten en de oceanen 


Slide 6 - Slide

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen

Slide 7 - Link

This item has no instructions

      Lesdoel
Vandaag gaan we leren over belangrijke lijnen op de wereldkaart, zoals de Evenaar, de Noordpoolcirkel, de Zuidpoolcirkel, de Kreeftskeerkring, de Steenbokskeerkring, en de nulmeridiaan. 

Ook gaan we ontdekken wat de termen noorderbreedte, zuiderbreedte, oosterlengte en westerlengte betekenen en hoe je deze op de kaart kunt vinden.

Slide 8 - Slide

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen
Voorkennis
1. De leerlingen weten wat een evenaar is.

2. De leerlingen weten wat Noord- en Zuidpool zijn.

3. De leerlingen weten wat de windrichtingen zijn.

Slide 9 - Slide

Welke voorkennis is nodig voor het doel.
Controleer of de leerlingen deze voorkennis beheersten door het stellen van Controle van Begrip vragen
      Lesdoel 1
Vandaag gaan we leren over belangrijke lijnen op de wereldkaart, zoals de Evenaar, de Noordpoolcirkel, de Zuidpoolcirkel, de Kreeftskeerkring, de Steenbokskeerkring, en de nulmeridiaan. 


Slide 10 - Slide

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen
Breedtegraden
Evenaar: Verdeelt de aarde in noordelijk en zuidelijk halfrond.

Noordpoolcirkel: Bij 66,5° N.B.

Zuidpoolcirkel: Bij 66,5° Z.B.

Kreeftskeerkring: Bij 23,5° N.B.

Steenbokskeerkring: Bij 23,5° Z.B.

Slide 11 - Slide

Hoe hoge hoe kouder.
Hoe verder van de evenaar hoe kouder.
Breedtegraden

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

      Lesdoel 2
Ook gaan we ontdekken wat de termen noorderbreedte, zuiderbreedte, oosterlengte en westerlengte betekenen en hoe je deze op de kaart kunt vinden.

Slide 13 - Slide

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen
Lengtegraden
Nulmerediaan: Verdeelt de aarde in oosterlengte (O.L.) en westerlengte (W.L.)

Westerlengte (W.L.):  Ligt ten westen van de nulmeridiaan.

Oosterlengte (O.L.): Ligt ten oosten van de nulmeridiaan.

Lengtecirkel of meridiaan verbindt plaatsen van gelijke lengteligging


Slide 14 - Slide

Hoe hoge hoe kouder.
Hoe verder van de evenaar hoe kouder.
Lengtegraden

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Kaarten

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Wat is de Evenaar en welke functie heeft deze lijn op de wereldkaart?

Slide 17 - Open question

Antwoord 1: Breedteligging beïnvloedt de hoeveelheid zonnestraling die een gebied ontvangt. Gebieden dichter bij de evenaar (zuidelijke Verenigde Staten) ontvangen meer directe zonnestraling en zijn daarom warmer, terwijl gebieden verder van de evenaar (noordelijke Verenigde Staten) minder directe zonnestraling ontvangen en kouder zijn.
Antwoord 2: Hoogteligging beïnvloedt de temperatuur doordat de temperatuur gemiddeld met ongeveer 0,6°C daalt voor elke 100 meter stijging. In bergachtige gebieden zoals de Rocky Mountains betekent dit dat hogere delen koeler zijn dan de lagere delen.
Antwoord 3: Aanlandige wind brengt vochtige lucht van de zee naar het land, wat leidt tot meer neerslag en mildere temperaturen aan de westkust. Aflandige wind brengt droge lucht van het land naar de zee, wat resulteert in minder neerslag en grotere temperatuurschommelingen aan de oostkust.
Antwoord 4: De loefzijde van een berg is de kant waar de wind tegenaan waait en neerslag veroorzaakt doordat de lucht opstijgt en afkoelt. De lijzijde is de regenschaduwkant waar de lucht daalt en opwarmt, wat resulteert in minder neerslag en een droger klimaat.
Waar bevindt zich de Noordpoolcirkel? Hoe ver ligt deze van de Noordpool?

Slide 18 - Open question

Antwoord 1: Breedteligging beïnvloedt de hoeveelheid zonnestraling die een gebied ontvangt. Gebieden dichter bij de evenaar (zuidelijke Verenigde Staten) ontvangen meer directe zonnestraling en zijn daarom warmer, terwijl gebieden verder van de evenaar (noordelijke Verenigde Staten) minder directe zonnestraling ontvangen en kouder zijn.
Antwoord 2: Hoogteligging beïnvloedt de temperatuur doordat de temperatuur gemiddeld met ongeveer 0,6°C daalt voor elke 100 meter stijging. In bergachtige gebieden zoals de Rocky Mountains betekent dit dat hogere delen koeler zijn dan de lagere delen.
Antwoord 3: Aanlandige wind brengt vochtige lucht van de zee naar het land, wat leidt tot meer neerslag en mildere temperaturen aan de westkust. Aflandige wind brengt droge lucht van het land naar de zee, wat resulteert in minder neerslag en grotere temperatuurschommelingen aan de oostkust.
Antwoord 4: De loefzijde van een berg is de kant waar de wind tegenaan waait en neerslag veroorzaakt doordat de lucht opstijgt en afkoelt. De lijzijde is de regenschaduwkant waar de lucht daalt en opwarmt, wat resulteert in minder neerslag en een droger klimaat.
Wat is het verschil tussen de Kreeftskeerkring en de Steenbokskeerkring? Waar liggen ze op de kaart?

Slide 19 - Open question

Antwoord 1: Breedteligging beïnvloedt de hoeveelheid zonnestraling die een gebied ontvangt. Gebieden dichter bij de evenaar (zuidelijke Verenigde Staten) ontvangen meer directe zonnestraling en zijn daarom warmer, terwijl gebieden verder van de evenaar (noordelijke Verenigde Staten) minder directe zonnestraling ontvangen en kouder zijn.
Antwoord 2: Hoogteligging beïnvloedt de temperatuur doordat de temperatuur gemiddeld met ongeveer 0,6°C daalt voor elke 100 meter stijging. In bergachtige gebieden zoals de Rocky Mountains betekent dit dat hogere delen koeler zijn dan de lagere delen.
Antwoord 3: Aanlandige wind brengt vochtige lucht van de zee naar het land, wat leidt tot meer neerslag en mildere temperaturen aan de westkust. Aflandige wind brengt droge lucht van het land naar de zee, wat resulteert in minder neerslag en grotere temperatuurschommelingen aan de oostkust.
Antwoord 4: De loefzijde van een berg is de kant waar de wind tegenaan waait en neerslag veroorzaakt doordat de lucht opstijgt en afkoelt. De lijzijde is de regenschaduwkant waar de lucht daalt en opwarmt, wat resulteert in minder neerslag en een droger klimaat.
Wat is de nulmeridiaan en welke belangrijke stad ligt op deze meridiaan?

Slide 20 - Open question

Antwoord 1: Breedteligging beïnvloedt de hoeveelheid zonnestraling die een gebied ontvangt. Gebieden dichter bij de evenaar (zuidelijke Verenigde Staten) ontvangen meer directe zonnestraling en zijn daarom warmer, terwijl gebieden verder van de evenaar (noordelijke Verenigde Staten) minder directe zonnestraling ontvangen en kouder zijn.
Antwoord 2: Hoogteligging beïnvloedt de temperatuur doordat de temperatuur gemiddeld met ongeveer 0,6°C daalt voor elke 100 meter stijging. In bergachtige gebieden zoals de Rocky Mountains betekent dit dat hogere delen koeler zijn dan de lagere delen.
Antwoord 3: Aanlandige wind brengt vochtige lucht van de zee naar het land, wat leidt tot meer neerslag en mildere temperaturen aan de westkust. Aflandige wind brengt droge lucht van het land naar de zee, wat resulteert in minder neerslag en grotere temperatuurschommelingen aan de oostkust.
Antwoord 4: De loefzijde van een berg is de kant waar de wind tegenaan waait en neerslag veroorzaakt doordat de lucht opstijgt en afkoelt. De lijzijde is de regenschaduwkant waar de lucht daalt en opwarmt, wat resulteert in minder neerslag en een droger klimaat.
Zelf aan de slag
Wat - Werkblad 
Hoe - in tweetallen
Hoelang - 30 minuten
Klaar? - Begrippen leren 
Hulp nodig - steek je vinger op docent loopt rond
Uitkomst - wordt besproken over 30 min


timer
30:00

Slide 21 - Slide

hoogte
warmer
nat, droog
     Kleine afsluiting
Kreeftskeerkring
Steenbokskring
Noorderbreedte
Zuiderbreedte
Oosterlengte
Westerlengte
Meridiaan
Evenaar
Breedtegraad
Nulmeridiaan 

Slide 22 - Slide

Kleine lesafsluiting (5 min) 

Docent controleert begrip door opdrachten of vragen die de begrippen en vaardigheden van het lesdoel toetsen.

Leerlingen werken zelfstandig of in een groepje aan opdrachten, kunnen vragen stellen aan de docent maar werken grotendeels zelfstandig.

Controle van begrip vragen
(Aan)tekeningen
Tekening 1.
Kaartelementen
Tekening 2.
Schaalniveau

Slide 23 - Slide

Zelfstandige verwerking (10 min)
Zelfstandig verwerken (ik → jij) 10 min. Docent laat leerlingen zelfstandig werken aan de eindopdracht of een debatstelling, beschikbaar voor hulp indien nodig.

Werken aan eindopdracht, zelfstandig of in groepen 

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

     Grote afsluiting
Vandaag gaan we leren over belangrijke lijnen op de wereldkaart, zoals de Evenaar, de Noordpoolcirkel, de Zuidpoolcirkel, de Kreeftskeerkring, de Steenbokskeerkring, en de nulmeridiaan.

Ook gaan we ontdekken wat de termen noorderbreedte, zuiderbreedte, oosterlengte en westerlengte betekenen en hoe je deze op de kaart kunt vinden.

Slide 25 - Slide

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen
retrieval practice
https://quizlet.com/join/Rgu8QEZ9z?i=1fo1jg&x=1bqt

Slide 26 - Slide

Retrieval practice (10 min)
Docent geeft de leerlingen de tijd om zelf te oefenen met de lesstof en biedt ondersteuning indien nodig.

Leerlingen oefenen zelf met de lesstof door begrippen te oefenen met Quizlet, flashcards te maken en zichzelf te overhoren of topografie spellen online te doen.

Quizlet, flashcards maken, zichzelf overhoren, topografie spellen online

Slide 27 - Link

This item has no instructions

Zelf aan de slag
Absolute ligging: de _____________________ van een plaats
● breedteligging: De ______________  verdeelt de aardbol in het _____________
halfrond en het ______________ halfrond.

uiterste noorden: ____________________
uiterste zuiden: ____________________

Slide 28 - Slide

Noordpijl
Legenda
Schaal
Zelf aan de slag
Noordelijke breedteligging noem je ___________  (= ___________ ) en zuidelijke breedteligging noem je ______________ (= ___________ ).

Dicht bij de evenaar is _________________ breedte, ver van de evenaar is ________________  breedte.

Slide 29 - Slide

Titel
lokale
mondiale
Zelf aan de slag
lengteligging: Een halve cirkel of __________________ verbindt plaatsen van gelijke lengteligging.

Over Greenwich loopt de ______________________ .
Oostelijke lengteligging noem je ________________  (= _________) en westelijke lengteligging noem je ________________  (=________).

Slide 30 - Slide

lokaal
mondiaal
noordpijl
 Vraag 1
(R) 1 punt

Schrijf op wat de evenaar is.

Slide 31 - Slide

Noordpijl, Legenda, Schaal, Titel
Vraag 2 
(T1) 2 punten

Het coördinatensysteem heeft een begin en een einde. Waar ligt de nulmeridiaan?

Slide 32 - Slide

Een lokale schaal toont meer detail omdat het een kleiner gebied in beeld brengt, waardoor kleinere objecten beter zichtbaar zijn. Een mondiale schaal toont een veel groter gebied, waardoor details verloren gaan om een overzicht te bieden van een groot geheel.
Vraag 3 
(T2) 2 punten

De coördinaten van een grote stad zijn 14 ° N.B en 100 ° O.L
Op welke halfronden ligt deze stad?

Slide 33 - Slide

Een regionale schaal zou passend zijn voor het bestuderen van de geografie van een provincie of regio, omdat het meer detail biedt dan een nationale schaal, maar toch een breder overzicht geeft dan een lokale schaal. Dit is nuttig voor het plannen van regionale infrastructuur of milieubeheer.
Vraag 4 
(T1) 3 punten

Welke grote stad ligt op de coördinaten 51 ° N.B. 0 ° W.L.

Slide 34 - Slide

Een kaart op lokaal niveau toont veel detail, terwijl een kaart op mondiaal niveau een groot gebied bestrijkt. Een nationale kaart toont een heel land, en een regionale kaart toont een deel van een land.