Ma 25 nov Tekstdoelen en leesdoelen

Tekstdoelen
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Tekstdoelen

Slide 1 - Slide

Tekstdoelen
Elke tekst heeft een doel. Er zijn verschillende tekstdoelen.
Welke ken je al?


Slide 2 - Slide

Doel van de les
  • Je kent het verschil tussen leesdoel en tekstdoel.
  • Je kent de tekstdoelen: informeren, amuseren en overhalen.

Slide 3 - Slide

Tekstdoelen
  • Een schrijver schrijft een tekst met een reden. 
Deze reden noem je het tekstdoel.
  • Er zijn verschillende tekstdoelen, bijvoorbeeld:
  1. Informeren
  2. Activeren/overhalen
  3. Amuseren

Slide 4 - Slide

Tekstdoelen

Slide 5 - Slide

Wat is het tekstdoel?
Tekstdoel:
Bij reclame/advertenties is het tekstdoel activeren.

De opmaak helpt de schrijver om zijn doel te bereiken.

Slide 6 - Slide

Wat is het tekstdoel?


Wat is het tekstdoel?

Slide 7 - Slide

Er zijn 4 tekstdoelen. Eén van onderstaande tekstdoelen is niet juist! welke?
A
Informeren
B
Evalueren
C
Overtuigen
D
Overhalen

Slide 8 - Quiz

Welke tekstdoelen ken je?
A
informeren, amuseren en overhalen
B
informeren, amuseren, overtuigen, uitleggen, activeren en betogen
C
informeren, amuseren, overtuigen en activeren
D
ik ken geen tekstdoelen

Slide 9 - Quiz

Sleep de tekstvormen naar de bijbehorende tekstdoelen.
informeren
overtuigen
activeren
amuseren
stripverhaal
handleiding
schoolboektekst
filmrecensie
advertentie
roman
ingezonden brief

Slide 10 - Drag question

Welke tekstdoelen en tekstsoorten horen bij elkaar?
timer
1:00
Stripverhaal
Recept 
Uitnodiging voor een feest
Krantenbericht
Recensie (bespreking van een film/boek)
Amuseren
Instrueren
Informeren
Activeren
Overtuigen

Slide 11 - Drag question

Combineer de tekstdoelen met hun betekenis
timer
0:30
Informeren
Overtuigen
Activeren
Amuseren 
Reclame
Stripboek
Journaal
Commentaar op een artikel

Slide 12 - Drag question

Sleep de tekstdoelen naar de juiste teksten. Je houdt er 2 over.
Amuseren
Overtuigen
Informeren
Waarschuwen
Activeren
Adviseren
Instrueren

Slide 13 - Drag question

Combineer de tekstdoelen met hun betekenis
timer
0:30
Informeren
Overtuigen
Activeren
Amuseren 
Dat je iets te weten komt
Tot handelen aansporen
Iemand iets laten denken
Amuseren

Slide 14 - Drag question

Huiswerk voor do 28 nov
Maken opdr. 1 t/m 3

Slide 15 - Slide