H16.2 Analyse van internationale samenwerking

H16.2 Internationale samenwerking
1 / 11
next
Slide 1: Slide
MAWMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

H16.2 Internationale samenwerking

Slide 1 - Slide

planning deze week
- vandaag EU en multilaterale samenwerking en besluitname. Rest Hoofdstuk zelfstandig
- Morgen bespreken formatieve toets H15

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
- Verschil weten tussen intergouvermentele samenwerking en supranationale samenwerking. En bij welke organisatie's
- Verschil weten tussen internationale besluitname en supranationale besluitname
- Kennen verschillende bestuursorganen EU en hun belangrijkste  taken en samenstelling en macht

Slide 3 - Slide

Wat is geen orgaan van de EU
A
Internationaal gerechtshof in Den Haag
B
Europese Raad
C
Raad van de EU
D
Europese commissie

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Video

Bij welk orgaan past de volgende beschrijving: supranationale besluitname, handelt landsonafhankelijk, ieder land levert 1 afgevaardigde
A
Europees parlement
B
Europese Raad
C
Europese commissie
D
Raad van de EU

Slide 6 - Quiz

Wat is het verschil tussen de Europese Raad en de Raad van de Europese unie?

Slide 7 - Open question

Wat betekent supranationaal?

Slide 8 - Open question

intergouvermentele besluitvorming is:
A
Ieder land heeft invloed doordat de besluitname met een meerderheid of unanimiteit is
B
Overruled het landsbelang. Het collectieve belang staat voorop. Dus met meerderheidbelsuit
C
Ieder land heeft evenveel invloed dus er is unanimiteit nodig
D
unanieme besluitvorming, want elk land behoudt zijn soevereiniteit

Slide 9 - Quiz

Definities
- Supranationale samenwerking is: Staten staan een deel van hun autonomie, soevereinitiet af aan een supranationaal orgaan dat beslissingen mag nemen.
- Bij intergouvermentele samenwerking is er geen overkoepelend orgaan. Staten werken samen om een gezamelijk probleem op te lossen. Hier ook intergouvermentele besluiten. 

- Bij beide: Afhankelijk van het beleidsterein zijn er verschillende varianten van besluitname: unanimiteit, meerderheid of gekwalificeerde meerderheid.

Slide 10 - Slide

Zijn er nog vragen?

Slide 11 - Open question