5.3 - Planten voeden zich

5.3 Planten voeden zich
1 / 30
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

5.3 Planten voeden zich

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

5.3 Planten voeden zich
Programma

2. Huiswerk vorige week: 5.2 - Vragen? 
3. Herhaling 5.2
4. Lesdoelen
5. Wat weet jij al?
6. Theorie + checks
7. Vragen + evaluatie. 

Slide 3 - Slide

Wat weet jij nog van 5.2
'Planten groeien'?

Slide 4 - Mind map

5
6
7
8
Kiem
Worteltje
Blaadjes
Zaadlobben

Slide 5 - Drag question


Een bruine boon is een..
A
Vrucht
B
Zaad
C
Kiem
D
Plant

Slide 6 - Quiz

Een plant krijgt bladeren.
A
Ontwikkeling
B
groei
C
metamorfose

Slide 7 - Quiz

Alle onderdelen duidelijk?
1. Voorkant 
2.Inleiding
3.Inhoudsopgave
4.Onderzoeksvraag
5.Informatie over te onderzoeken onderwerp
6. Hypothese
7.Werkwijze en materiaal
8. Resultaten
9.Conclusie
10. Discussie

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Lesdoelen 5.3

*Je kan uitleggen welke stoffen planten nodig hebben
*Je kan uitleggen welke stoffen een plant maakt en
waar die stoffen in de plant opgeslagen worden.

Slide 11 - Slide

Wat weet jij al over 'fotosynthese'?
(kan je misschien al iets van de formule noteren? ;) ..)

Slide 12 - Mind map

Intro.
Een héél vereenvoudigd filmpje: hoe eet een plant? 

Slide 13 - Slide

Welke voedingsstoffen 'eten' planten? 
Water - de wortelharen aan de wortels zuigen water op uit  bodem  

Mineralen - In het water zitten mineralen; bv stikstof en ijzer.
Nodig voor groei. Mineralen gaan van wortels, via vaatbundels, naar blad.

Koolstofdioxide - Via huidmondjes in het blad, haalt de plant het gas koolstofdioxide uit de lucht.

Slide 14 - Slide

Welke stoffen neemt de plant op via de wortelharen
A
alleen water
B
water en mineralen
C
alleen mineralen

Slide 15 - Quiz

Welk plantenonderdeel neemt koolstofdioide (CO2) op uit de lucht?
A
Stengel
B
Wortel
C
Bloem
D
Huidmondjes

Slide 16 - Quiz

Fotosynthese
Planten kunnen hun eigen voedingsstoffen maken. Dat kunnen dieren niet...Nodig? -->
 koolstofdioxide, water, (+mineralen )

Plant maakt dan glucose en zuurstof 
Waar? @ Bladgroenkorrels; in cellen van bladeren en stengels.
Sowieso altijd:  licht voor nodig.

Dit noem je fotosynthese.

Slide 17 - Slide

Welke stof ontstaat of welke stoffen ontstaan bij de fotosynthese?
A
Bij de fotosynthese onstaat alleen glucose
B
Bij de fotosynthese ontstaan glucose en koolstofdioxide
C
Bij de fotosynthese ontstaan glucose en zuurstof
D
Bij de fotosynthese ontstaan water, koolstofdioxide en glucose.

Slide 18 - Quiz

Welke andere stoffen maakt een plant?
Er onstaat :
- glucose
- zuurstof
De plant heeft nodig:
- koolstofdioxiode
- water
- zonlicht

Slide 19 - Slide

Wat doen planten met de glucose die ze maken?
* Beetje: als energierijke voedingsstof.
* Rest -> via bastvaten naar andere delen van plant.
-Glucose wordt dan omgezet in: zetmeel, vetten, eiwitten en vitaminen 
*Eiwitten voor groei en beschadegingen herstellen 


Slide 20 - Slide

Welke stoffen slaat de plant op als reservestoffen?
A
Vitaminen en eiwitten
B
Eiwitten en mineralen
C
Zetmeel en vetten
D
Zetmeel en vitaminen

Slide 21 - Quiz

Welke stoffen zorgen dat allerlei processen in de plant goed verlopen?
A
Vetten
B
Glucose
C
Zetmeel
D
Vitaminen

Slide 22 - Quiz

Fotosynthese
Zonlicht
Koolstofdioxide
Glucose
Zuurstof
Water

Slide 23 - Drag question

Waar bewaren planten reservestoffen?
Filmpje! ('assimilatie' => 5.48 min)

Slide 24 - Slide

Waar bewaren planten reservestoffen?
Reservestoffen: Voedingsstoffen die planten bewaren om de winter door te komen en in het voorjaar weer uit te groeien - vooral vet + zetmeel
*Opslag = onder de grond (bv in wortels)
*Groene bladeren: na winter is alleen wortel blijven leven. Met genoeg licht, maakt de plant in de groene bladeren weer glucose


Slide 25 - Slide

Knollen en bollen
zijn speciale organen
van de plant, om
voedsel in op te slaan.
De plant kan zijn reservevoedsel op verschillende manieren opslaan:
Knol - Verdikte wortel of stengel onder de grond
(bijvoorbeeld een aardappel)
Bol - Verdikte bladeren onder de grond
(bijvoorbeeld een ui)
Zaden - In de zaadlobben zit reservevoedsel,
voor de nieuwe plant (bijvoorbeeld pinda's)

Slide 26 - Slide

Wat is een ui?
A
Een vrucht
B
Een bol
C
Een bloem
D
Een knol

Slide 27 - Quiz

Een aardappel is een....
A
bol
B
knol

Slide 28 - Quiz

Wat is het leukste wat je
deze les leerde? :)
(je moet iets noemen:P )

Slide 29 - Mind map

Huiswerk 
lezen  en maken 5.3 

Slide 30 - Slide