This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Nederlands
maandag 16 december 2024
Slide 1 - Slide
Zakelijke e-mail
Formeel
Slide 2 - Slide
Lesdoel
Ik kan een zakelijke e-mail schrijven.
Slide 3 - Slide
Formeel taalgebruik
De zakelijke e-mail
Slide 4 - Slide
Wanneer schrijf je een e-mail?
Slide 5 - Open question
Wat is het verschil tussen een persoonlijke en een zakelijke e-mail?
Slide 6 - Open question
Drie soorten 'zakelijke e-mail'
Solliciteren
Informatie geven/vragen
Klacht indienen
Slide 7 - Slide
Zakelijke e-mail
Aan
onderwerp
aanhef
inleiding
kern
slot
afsluiting
Slide 8 - Slide
Geachte heer/ mevrouw,
Past goed bij een......
A
Persoonlijke e-mail
B
Zakelijke e-mail
Slide 9 - Quiz
Wat is de juiste aanhef in een zakelijke e-mail?
A
Beste,
B
Hallo,
C
Geachte,
D
Goedemorgen,
Slide 10 - Quiz
'Hoi' past meer bij een...
A
E-mail naar je leidinggevende
B
E-mail naar een zakelijke collega
C
Persoonlijke e-mail
D
E-mail naar een bedrijf
Slide 11 - Quiz
In een zakelijke e-mail gebruik je formele taal.
A
waar
B
niet waar
Slide 12 - Quiz
Een zakelijke e-mail
A
Bestaat uit één alinea
B
Bestaat uit minimaal drie alinea's
Slide 13 - Quiz
Wat vermeld je in de inleiding van een zakelijke e-mail?
Slide 14 - Open question
Welk onderdeel hoort niet bij een zakelijke e-mail?
A
inleiding
B
kern
C
kop
D
slot
Slide 15 - Quiz
Hoe sluit je een zakelijke e-mail/brief af?
A
Toedels!
B
Groetjes,
C
Hoogachtend,
D
Met vriendelijke groet,
Slide 16 - Quiz
Het doel van een zakelijke e-mail is
A
Amuserend
B
Overtuigend of informatief
C
Activerend
Slide 17 - Quiz
''
Slide 18 - Slide
Waar denk je aan bij het woord 'fatbike'?
Slide 19 - Mind map
Lees in 2- tallen het nieuwsbericht. Welke woorden uit het nieuwsbericht ken je nog niet?
Slide 20 - Open question
Nu zelf aan de slag
Slide 21 - Slide
Wat heb je geleerd?
Slide 22 - Open question
Ik kan een zakelijke e-mail schrijven.
Ja
Nee
Slide 23 - Poll
Volgende les
Feedback op elkaars werk en herschrijven.
Slide 24 - Slide
Differentiatie
- Zelfstandig werken groep
- Samenwerkingsgroep
- Instructiegroep
(n.a.v. referentietoetsen Ned./ICE zijn leerlingen ingedeeld in 1 van deze groepen. Dit verandert per behandelend onderwerp en lln. weten wanneer zij waar moeten gaan zitten)