De grote Romeinen QUIZ

De grote Romeinen QUIZ
Deze les herhalen we alles wat we geleerd hebben.
1 / 20
next
Slide 1: Slide
WereldoriëntatieBasisschoolGroep 6

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

De grote Romeinen QUIZ
Deze les herhalen we alles wat we geleerd hebben.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Welke taal spraken de Romeinen?
A
Germaans
B
Italiaans
C
Latijns
D
Grieks

Slide 3 - Quiz

Waar liep de Romeinse grens (limes) in Nederland?

Slide 4 - Open question

Welk volk leefde in Nederland tijdens de komst van de Romeinen?
A
Bataven
B
Germanen
C
Galliërs
D
Spanjaarden

Slide 5 - Quiz

Welke Nederlandse stad bestond al in de Romeinse tijd?
A
Noviomagus
B
Hagus
C
Devendius
D
Den Bossium

Slide 6 - Quiz

Wist je nog?
 In het Latijn heet Nijmegen ‘Noviomagus’ (dat betekent ‘nieuwe markt’).

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Wie was een bekende en sterke veroveraar in de Romeinse tijd?
A
Julius Caesar
B
Keizer Augustus
C
Tiberius
D
Keizer Nero

Slide 10 - Quiz

Wat betekent:
Veni, vidi, vici

Slide 11 - Open question

Hoe is Julius Caesar om het leven gekomen?
A
Hij is overleden tijdens de oorlogen die de Romeinen voerden.
B
Hij werd door zijn eigen familie vermoord.
C
De senatoren hebben hem neergestoken.
D
Door keizer Augustus.

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Link

...
De Romeinse legers waren snel en slim. De Romeinen wonnen bijna alle gevechten. Maar als de verliezers steeds opnieuw probeerden te vechten, bleef het onrustig. Daarom zorgde keizer Augustus ervoor dat er rust en vrede in zijn rijk was. Hij stelde regels in waar alle burgers in het Romeinse Rijk zich aan moesten houden. Tot 200 jaar na de tijd van Augustus bleef het rustig in het Rijk door deze regels

Slide 14 - Slide

Tot 200 jaar na de tijd van Augustus
bleef het rustig in het Rijk door deze regels. We noemen deze tijd van vrede:
A
Romanius
B
Silentium
C
Gladius
D
Pax Romana

Slide 15 - Quiz

De regels van Keizer Augustus
- Verliezers en winnaars zijn gelijk.
- U mag uw eigen godsdienst houden.
In Rome komen tempels voor alle goden, ook voor uw goden.
- U mag overal reizen en zakendoen.
- U mag Romeins soldaat worden, ook als u vroeger onze vijand was.
- U moet aan ons voedsel, geld en arbeiders geven.
- Als u uw best doet, kunt u Romeins burger worden.

Slide 16 - Slide

Gladius is latijn voor ...
A
Een glad persoon
B
Zwaard
C
Een gladiator
D
Schild

Slide 17 - Quiz

Gladiator
Een gladiator was bij de oude Romeinen iemand die een gevecht leverde als volksvermaak. Het woord gladiator is afgeleid van gladius, Latijn voor zwaard, en betekent ‘zwaardvechter’, hoewel gladiatoren ook wel andere wapens gebruikten.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Ik weet nu meer over de Romeinen
A
Onvoldoende
B
Matig
C
Voldoende
D
Goed

Slide 20 - Quiz