What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Via vervolg thema 2 spelling en grammatica De stam
Thema 2 Spelling en Grammatica
De stam
1 / 27
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1,4
This lesson contains
27 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
2 videos
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Thema 2 Spelling en Grammatica
De stam
Slide 1 - Slide
Via vervolg
Thema 2
Spelling en grammatica
De Stam
Slide 2 - Slide
Stam
Slide 3 - Mind map
Lesdoel
In deze les leer hoe je de stam van een
werkwoord
vindt.
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Video
Slide 6 - Slide
Wat is de stam van een werkwoord?
A
Het hele werkwoord zonder -en
B
Het werkwoord in de jij-vorm
C
Het hele werkwoord + en
D
De eerste 3 letters van een werkwoord
Slide 7 - Quiz
Ik .......... (drinken)
Slide 8 - Open question
Ik .......... (dansen)
Slide 9 - Open question
Ik .......... (tekenen)
Slide 10 - Open question
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Wanneer aanpassen?
dubbelzetter:
rennen - renn -
ren
tekendief:
praten - prat -
praat
laatste letter z:
prijzen - prijz -
prijs
laatste letter v:
verven - verv -
verf
Slide 14 - Slide
De stam moet vaak aangepast worden!
Slide 15 - Slide
Opdracht:
- Wat is de stam?
- onderstreep de stam.
- Pas de stam aan waar dat nodig is.
Doe het zo:
vinden -
vind
lopen -
lop
- loop
1. draaien - ...........
2. vegen - ...........
3. reizen - ...........
4. poetsen - ...........
5. zoeken - ............
6. pakken - ............
7. bederven - ............
8. laden - .............
Slide 16 - Slide
Bij welke werkwoorden moest je de stam aanpassen?
Slide 17 - Mind map
Wat is de stam van het werkwoord VERHUIZEN?
A
verhuis
B
verhuiz
Slide 18 - Quiz
Wat is de aangepaste stam van het werkwoord BELLEN?
A
bel
B
bell
Slide 19 - Quiz
Waarom heb je de stam van een werkwoord nodig?
Slide 20 - Open question
Schrijf de stam van 3 werkwoorden op. Je mag de werkwoorden zelf verzinnen...
Slide 21 - Open question
Wat is de stam van het werkwoord VERHUIZEN?
A
verhuis
B
verhuiz
Slide 22 - Quiz
Wat is de aangepaste stam van het werkwoord BELLEN?
A
bel
B
bell
Slide 23 - Quiz
Waarom heb je de stam van een werkwoord nodig?
Slide 24 - Open question
Snap je nu hoe je de stam van een werkwoord vindt?
A
ja
B
nee
C
bijna
Slide 25 - Quiz
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Video
More lessons like this
Via vervolg thema 2 spelling en grammatica De stam
January 2023
- Lesson with
34 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1,4
Thema 2 spelling en grammatica
December 2023
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1,4
Werkwoorden t.t. aanpassen stam
February 2018
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Basisschool
Groep 5
VIA Vervolg thema 2 - Grammatica & Spelling
March 2022
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
VIA Vervolg thema 2 - Grammatica & Spelling
December 2019
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
Spelling 3C
January 2021
- Lesson with
35 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 4
Via Vervolg Thema 2 spelling en grammatica persoonsvorm tegenwoordige tijd
October 2022
- Lesson with
41 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 4
Via Vervolg Thema 2 spelling en grammatica persoonsvorm tegenwoordige tijd
September 2022
- Lesson with
55 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 4