Spiel mit Chunks: Einkaufen

MO 8. Klasse Im Laden 
Was darf es sein?

Woche 19/20/21
Taak 7
1 / 34
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 1,2

This lesson contains 34 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

MO 8. Klasse Im Laden 
Was darf es sein?

Woche 19/20/21
Taak 7

Slide 1 - Slide

Lernziele (leerdoelen)
*Du kannst anhand einer Einkaufsliste Produkten bestellen
*Du kannst höflich (netjes/beleefd) fragen wo du etwas findest
*Du kannst höflich (netjes/beleefd) fragen was etwas kostet
*Du kannst um Hilfe fragen
*Du kennst die Namen deutscher Lebensmittel
*Du kennst die Modalverben
*Du kennst die Sprachmittel 

Slide 2 - Slide

Produkte & Lebensmittel 
Seh dir die Bilder an
Hör dir die Wörter an
Sprich sie nach

Slide 3 - Slide

die Äpfel

Slide 4 - Slide

das Brot

Slide 5 - Slide

die Wurst

Slide 6 - Slide

die Marmelade

Slide 7 - Slide

die Kartoffeln

Slide 8 - Slide

der Käse

Slide 9 - Slide

der Honig

Slide 10 - Slide

die Brezeln

Slide 11 - Slide

die Birnen

Slide 12 - Slide

der Fisch

Slide 13 - Slide

das Salz

Slide 14 - Slide

der Schinken

Slide 15 - Slide

die Eier

Slide 16 - Slide

das Fleisch

Slide 17 - Slide

der Pfeffer

Slide 18 - Slide

die Kirschen

Slide 19 - Slide

die Gurken

Slide 20 - Slide

die Milch

Slide 21 - Slide

der Jogurt

Slide 22 - Slide

die Tomaten

Slide 23 - Slide

der Salat

Slide 24 - Slide

die Butter

Slide 25 - Slide

das Brötchen

Slide 26 - Slide

die Bananen

Slide 27 - Slide

Einkaufen
Seh dir den Film an.

Was passiert im Film?

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video

Sprachmittel Kapitel 9: Einkaufen
Samen met je docent luister je nu naar de Sprachmittel
van Kapitel 9!

Slide 30 - Slide

Das geht ...
Ich möchte ...
Das Gemüse liegt ...
Sonst noch etwas? ...
Das macht zusammen ...
eine Dose Cola
leider nicht
bei der Obstabteilung
Nein, danke. Das war's!
zehn Euro neunzig, bitte

Slide 31 - Drag question

Spiel 
  • De klas wordt verdeeld in tweetallen (de docent maakt deze tweetallen)
  • 1 persoon is Verkäufer(in)
  • 1 persoon is Kunde(in)
  • Werk het gesprek op de volgende dia uit in je schrift.
  • Maak een Einkaufszettel in het Duits. Deze lever je ook in. 
  • Je moet ook van rol kunnen wisselen. 
  • Dit gesprek presenteer je volgende week uit je hoofd voor de klas. 
  • In je boek en online staat de Sprachmittel die je gebruikt om te kopen/verkopen
  • Je spreekt alleen Duits

Slide 32 - Slide

Die Aufgabe (Sprachmittel) 
Het gespek: 

1 Vraag of je iemand kan helpen? Klant geeft antwoord. 

2 Vraag of de klant anders nog iets wenst. De klant geeft aan aan dat hij ook nog iets anders wil. 

3 Vraag waar je de (bedenk een winkel naar keuze) vindt? Beantwoord de klant.  

4 Vraag hoeveel de eieren kosten. Beantwoord de klant.

5. Geef aan wat het totaal bedrag is. 
 
6. Klant geeft aan hoe hij wil betalen. 
Voorbereiding:

1. Maak eerst samen een Einkaufsliste met minimaal 6  verschillende producten met eenheid (aantal, kilo, gram) die je nodig hebt. 

2. Werk het volgende gesprek uit met vraag & antwoord in het Duits!



Slide 33 - Slide

Hausaufgaben am ...
Leer de woordjes van de Lernliste K9
Oefen het gesprek voor de volgende les (presentatie)

Slide 34 - Slide