Woordvolgorde 3-12

Welcome!
  1. Open your book on p. 116
  2. Zorg dat je een schrift hebt of pak een blaadje.
  3.  Log in (lessonup.app) en leg je telefoon op de hoek van je tafel.

1 / 13
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welcome!
  1. Open your book on p. 116
  2. Zorg dat je een schrift hebt of pak een blaadje.
  3.  Log in (lessonup.app) en leg je telefoon op de hoek van je tafel.

Slide 1 - Slide

Today
*Woordvolgorde (gezamelijk)
*Practise (zelfstandig)
*Worordvolgorde game (gezamelijk)

Doel: aan het einde van de les heb ik een idee hoe woordvolgorde er in het Engels uitziet.

Slide 2 - Slide

Woordvolgorde (word order) 
  • Op zaterdag koop ik bij de bakker een brood.
  • Ik koop op zaterdag bij de bakker een brood. 
  • Bij de bakker koop ik op zaterdag een brood.

Slide 3 - Slide

Woordvolgorde (word order) 
  • wie
  • doet
  • wat 
  • waar
  • wanneer

Slide 4 - Slide

Woordvolgorde (word order) 
  • wie              -         personen / dieren / dingen
  • doet            -          werkwoord
  • wat              -          wat wordt er gedaan?
  • waar            -          plaats / plek
  • wanneer    -         tijd / datum / jaartal

Slide 5 - Slide

Woordvolgorde (word order) 
WIE   DOET   WAT   WAAR   WANNEER


-Lisa doet op zaterdag boodschappen bij de  supermarkt. 

Slide 6 - Slide

Zet in de goede volgorde:

to bed Max wears his shirt every night
A
to bed Max wears his shirt every night.
B
Max wears his shirt to bed every night.
C
his shirt wears max to every night to bed.
D
Max wears his shirt every night to bed.

Slide 7 - Quiz

Zet in de goede volgorde:

like they to go on Saturday to the city.
A
Like they to go on Saturday to the city.
B
In the city they like to go on Saturday.
C
They like to go on Saturday to the city.
D
They like to go to the city on Saturday.

Slide 8 - Quiz

Practise
- Make ex. 57, 58, 59B (Homework)

Done? --> Study (woordjes t/m F, homework) 


Slide 9 - Slide

Ik weet nu hoe de woordvolgorde er in het Engels uit ziet
A
Ja, uit mijn hoofd
B
Nee, geen idee
C
Ja, met boek/ aantekeningen erbij

Slide 10 - Quiz

Telefoon gaat weer weg

Slide 11 - Slide

word order game
- 5 leerlingen
- 10 seconden
- woord voor woord opzeggen 


WIE     DOET     WAT       WAAR      WANEER
timer
0:08

Slide 12 - Slide

See you next time!

Slide 13 - Slide