les 7 - 1

• Grieks
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Pallas les 7 - uitleg αὐτός

 αὐτός

Als αὐτός als pers. vnw. wordt gebruikt, in welke naamval staat αὐτός dan NOOIT?

1. nom
2. gen
3. dat
4. acc

mnl

vrl

onz

αὐτού

αὐτούς

αὐτά

αὐταῖς

αὐτῆς

αὐτό

nom

gen

dat

acc

αὐτό

αὐτή

αὐτοῖς

αὐτόν

αὐτῇ

αὐτῆς

Hoe vertaal je αὐτον in de volgende zin:
Σὺ αὐτον καλεῖς?

1. hem
2. haar
3. hem zelf
4. dezelfde

Hoe vertaal je αὐτῆς in de volgende zin:
Ἡ φωνὴ τῆς Ἀριάδνης αὐτῆς ἐστίν?

1. van Ariadne
2. van dezelfde Ariadne
3. van Ariadne zelf
4. van haar, van Ariadne

Hoe vertaal je αὐτὸς in de volgende zin:
Ὁ αὐτὸς Θησεὺς τὸν Μινώταυρον ἀπέκτεινεν.?

1. Dezelfde Theseus
2. Theseus zelf
3. dezelfde Minotaurus
4. de Minotaurus zelf

Hoe vertaal je αὐτοῦ in de volgende zin:
Ἡ παρθένος μετέχει τῆς φυγῆς αὐτοῦ?

1. van de vlucht zelf
2. van dezelfde vlucht
3. van de vlucht van hem
4. van de vlucht van haar