Dat mag je ook (al niet meer) zeggen.
Allochtoon, negerzoen, slaaf, homofiel – soms zijn er woorden waar we opeens niet zo blij meer mee zijn. Ze wringen en schuren omdat ze beledigend zijn of bepaalde groepen mensen een ongewenst etiket geven. Sommige woorden zijn zó beladen dat ze zelfs niet meer uitgesproken of geschreven worden, zoals het n-woord. Voor zulke woorden zoeken we alternatieven – en daardoor verandert de taal.
Tegelijkertijd verandert ook hoe we over onszelf denken en praten. De tijd dat we de mensheid zonder meer verdeelden in mannen en vrouwen is definitief voorbij. Naast hij en zij kunnen we nu ook kiezen voor het genderneutrale die en hen. En ook de tijd dat we mannen belangrijker vonden dan vrouwen ligt achter ons – en ook dat heeft gevolgen voor ons taalgebruik. Noem je een vrouw die de baas is nou directrice of directeur?