1.3 Het ademhalingsstelsel

Thema 1: verbranden en 
ademhaling

Basisstof 3
Het ademhalingstelsel

blz. 19
1 / 35
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

Items in this lesson

Thema 1: verbranden en 
ademhaling

Basisstof 3
Het ademhalingstelsel

blz. 19

Slide 1 - Slide

1.3 Leerdoel
Je kunt de delen van het ademhalingsstelsel benoemen met hun kenmerken en functie


Voor verbranding in je lichaam is zuurstof nodig. Zuurstof neem je uit de lucht op met je longen. Ook je neus en het middenrif horen bij het ademhalingsstelsel.

Slide 2 - Slide

lezen 1.3
blz.
timer
5:00

Slide 3 - Slide

Neusholte en mondholte
Neusharen houden grote stofdeeltjes tegen.
De neusholte is bekleed met neusslijmvlies. 

Neusslijm: kleine stofdeeltjes en 
ziekteverwekkers blijven kleven aan het slijm.

Trilharen: Verplaatsen het slijm naar de keelholte
Reukzintuig: zit boven in je neusholte

Slide 4 - Slide

Proef met afbeelding
  • Met je buurman of buurvrouw

Vragen: 
  • Kun je de longen aanwijzen?
  • Weet je waar de luchtpijp zit?
  • Weet je ook wat de functie is van neus behalve ruiken?
  • Welke organen zitten er in de keelholte?

Slide 5 - Slide

0

Slide 6 - Video

Ademhalingsstelsel

Slide 7 - Slide

0

Slide 8 - Video

Keelholte en strottenhoofd
In de keelholte zitten de huig en het strottenklepje.
De huig: sluit de neusholte af als je voedsel inslikt. 
De strottenklep: sluit de luchtpijp af.

In het strottenhoofd zitten de stembanden.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Luchtpijp
De luchtpijp is een holle buis die aansluit op het strottenhoofd.

Kraakbeenringen: zorgen voor de stevigheid van de luchtpijp.

De luchtpijp is bedekt met slijmvlies.

Slide 11 - Slide

De weg van de lucht
Mond- of neusholte
Keelholte
Strottenhoofd
Luchtpijp
Bronchiën
Luchtpijptakjes
Longblaasjes

Slide 12 - Slide

Aan het werk
maken opdracht 1 tm 4

timer
12:00

Slide 13 - Slide

Longblaasjes
Oppervlakte van longblaasjes heel groot.

Om de longblaasjes heen liggen kleine bloedvaatjes: longhaarvaten.

In de longblaasjes vind stofwisseling plaats
(zuurstof gaat naar bloed, koolstofdioxide uit bloed)

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Aan het werk
maken opdracht 5 t/m 8

Ben je klaar, leren 1.1 t/m 1.3

We gaan zo lessonupvragen doen,

timer
10:00

Slide 17 - Slide

Aan het werk
havo/vwo boek: Maken par 1.3 opdracht 4 t/m 9 blz 22

Lezen par 1.4: maken opdracht 1 t/m 9 behalve samenvattingsvraag.

Dit is ook huiswerk voor de volgende les.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Wat weten jullie nog?
Verbrandingsschema 

              +              -->                     +                  +                          (beweging en warmte)
(brandstof)                     (Verbrandingsproducten)
Glucose
1
Zuurstof
2
Koolstofdioxide 
3
Water
4
Energie
5

Slide 20 - Slide

quiz

Slide 21 - Slide

Bij ademhalen is...
A
Zowel de huig als het strotklepje is dicht
B
De huig is open het strotklepje is dicht
C
zowel de huig als het strotklepje is open
D
De huig is dicht, het strotklepje is open

Slide 22 - Quiz

Wat is gezonder:
Ademhalen door je neus
of
Ademhalen door je mond?
A
Door je neus
B
Door je mond

Slide 23 - Quiz

Wat gebeurt er in het longblaasje?
A
Zuurstof in het bloed Koolstofdioxide uit het bloed
B
Zuurstof en Koolstofdioxide gaan beide in het bloed
C
Zuurstof uit het bloed Koolstofdioxide in het bloed
D
Zuurstof en Koolstofdioxide gaan beide uit het bloed

Slide 24 - Quiz

Wat is een
longblaasje?
A
5
B
6
C
7
D
8

Slide 25 - Quiz

Bij verslikken gebeurt er dit
A
Huig sluit niet
B
Strotklepje en huig sluiten
C
Strotklepje en huig sluiten niet goed
D
Strotklepje sluit niet

Slide 26 - Quiz

Zorgen kraakbeenringen in de luchtpijp ervoor dat je je niet kan verslikken?
A
Ja
B
Nee

Slide 27 - Quiz

bij verbranding
A
verbruik je energie
B
krijg je energie
C
kost energie
D
kom energie vrij

Slide 28 - Quiz

Wie doen er aan verbranding?
A
Alleen planten
B
Alleen dieren
C
Planten en dieren
D
Alle levende organismen

Slide 29 - Quiz

Verbranding is ...
A
glucose + zuurstof -> koolstofdioxide + water + energie
B
koolstofdioxide + water =-> glucose + zuurstof + energie
C
koolstofdioxide + glucose + energie -> zuurstof + water
D
glucose + water + energie -> koolstofdioxide + zuurstof

Slide 30 - Quiz

Noem alle onderdelen die je weet van het ademhalingsstelsel

Slide 31 - Open question

Wat is het doel van het neusslijmvlies en trillharen?

Slide 32 - Open question

Wat doet het strotklepje in de keelholte?

Slide 33 - Open question

Waar bevinden zich de longblaasjes?

Slide 34 - Open question

Spieren tussen de ribben waarmee de ribben en het borstbeen kunnen worden bewogen.
Spieren waarmee het midden-rif kan worden bewogen.
Ademhaling dankzij het samentrekken van het middenrif en de buikspieren.
Ademhaling dankzij het bewegen van de ribben en het borstbeen.
Voortdurende verversing van de lucht in de longen.
Tussenribspieren
Middenrifspieren
Buik-ademhaling
Borst-ademhaling
Ventilatie

Slide 35 - Drag question