Klas 2: Hoe ontstond de industrie?

1 / 43
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Waar denk je aan bij de industriële revolutie?
Wat gaan we doen:
  1. Nakijken toets
  2. Instructie
  3. Zelfstandig werken
  4. Grote Opdrachten check

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Spinnen en weven
Rond 1800 kochten koopmannen de ruwe katoen op.
Zij  brachten het katoen naar boeren en ambachtslieden.

Het ruwe katoen werd dan verwerkt tot lappen stof (textiel)

Huisnijverheid: Het thuis maken van producten door boeren of ambachtslieden.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

In Europa: Hoe maak je van katoen kleding? 
Van het katoen moest je draden maken (Spinnenwiel)

Daarna moesten er nog lappen stof van gemaakt worden (Weefgetouw


Slide 5 - Slide

This item has no instructions




  • Omdat het spinnen en weven veel sneller ging was er ook meer katoen nodig.
  • Om de zaden sneller uit katoenpluizen te halen vond de Amerikaan Eli Whitney de Cotton Gin uit ("Katoen motor"). 
  • Slavernij neemt toe: er zijn veel meer slaven nodig om de katoen te plukken...




Slide 6 - Slide

This item has no instructions

op een katoenplantage
eerste helft 19e eeuw veel slaven op katoenplantages

Katoen werd naar Europa gebracht en verwerkt
Oorlog in de Verenigde Staten. (onafhankelijkheid)

1865 afschaffing slavernij

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Huisnijverheid:
Het thuis werken van boeren en ambachtslieden

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Spinnewiel
Weefgetouw
Huisnijverheid werktuigen

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Opdrachten maken
Maak opdracht 1 t/m 6

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Stoommachine
Engeland 1712
James Newcomen

Stoompomp voor de mijnen

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

James Watt verbeterde de stoommachine
Goedkoper en eenvoudiger!

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Video

This item has no instructions

Slide 14 - Video

This item has no instructions

Voor de Industriële Revolutie had je de huisnijverheid. Wat was dit?
A
Kleine fabrieken die al mensen in dienst hadden
B
Grote scheepswerven in Holland die veel producten produceerden
C
Werk dat mensen thuis deden voor een ondernemer
D
Al het arbeid op het platteland tijdens de Gouden Eeuw

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Voor de industriële revolutie
Na de Industriële Revolutie
auto
fiets
boot
paard 
vliegtuig
tram
Koets
trekschuit

Slide 16 - Drag question

This item has no instructions

Huiswerk
Maken Paragraaf 1

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Opbouw Les
- Opstart
- Herhaling
- werk van vorige les bekijken (hoe ver ben je?)
- Instructie met quiz vragen
- Zelf aan de slag
- terugkijken naar begindoelen

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Doelen van de les
Je leert over wat de industriële revolutie is.

Je leert over het fabrieksproces. 

Je leert waarom er spoorlijnen zijn aangelegd.


Slide 20 - Slide

This item has no instructions

De vorige les ging over...

Slide 21 - Mind map

This item has no instructions

Vorige les ging over?
- katoenplantages - (cotton gin)
- huisnijverheid (spinnenwiel en weefgetouw)
- stoommachine (filmpje) James Watt
- vervoer met de trein

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

ENERGIE
Welke vormen van energie werden gebruikt in de huisnijverheid?
spierkracht (mens & dier)
windkracht (molens)
waterkracht (molens)
Welke nieuwe energiebron werd rond 1780 in Groot-Brittannië ontdekt?

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Nakijken huiswerk

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Grote veranderingen

Stoommachines:
zorgden voor grote veranderingen.
Werkgevers: 
eigenaren/fabrieksbazen
Werknemers: 
Mannen, vrouwen en kinderen in dienst van de werkgevers. Bedienen de machines.

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

in 1815 Republiek veranderd in een monarchie 

Willem I gevraagd om koning te worden

Had in Engeland gezien hoe de industrie was opgekomen
Zorgde voor ontwikkeling in Nederland

Koning Willem I

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Groei van de industrie
Werkgevers worden rijk.

  • Nieuwe fabrieken
  • bruggen
  • spoorlijnen
  • Kanalen

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Goedkoop produceren
  • Machines
  • Grote productie
  • Werknemers lage lonen
  • Klanten profiteren

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Industriële revolutie
Huisnijverheid verdwijnt -> mensen vertrekken naar de stad om in de fabriek te werken. 

Economische revolutie

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Welkom
Boek, pen en schrift op tafel.

De eerste vraag is?
Waar ging het ook al weer over...

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Vorige les ging over?
- Stoommachines
- werkgevers/-nemers
- Koning WIllem I
- groei industrie
- REVOLUTIE
- Lage lonen

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Productie proces
Meer productie --> snellere aanvoer grondstoffen nodig

Meer eindproducten --> vervoeren naar de plaatsen waar ze verkocht kunnen worden.
Conclusie???

Afzetmarkt = De plaats waar producten verkocht worden.

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Trekschuit: veilig, goedkoop, niet snel.
Na 1800: vervoer met paard en wagen op rails.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Stoomtrein
  • Vanaf 1821 -1839 NL
  • Kolen, textiel, voedsel en passagiers. 
  • Vast tijdsschema
  • Tijd belangrijk
  • 38 km/u
  • Amsterdam - Haarlem

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Zelf aan de slag
Lees de tekst .
H 1
Bladzijde 13 tm 15
Maak opdracht 6 t/m 11.

Als je klaar bent, laat het zien, dan kan je door met herhaling en verdieping.

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Wat is de industriële revolutie?
A
Plotselinge problemen die ontstaan door de industrie
B
Een opstand van mensen die in fabrieken werkten
C
boeren die in de wintermaanden thuis stof weven
D
Grote verandering waarbij veel mensen in fabrieken gingen werken

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions

Wat verandert er aan de
infrastructuur in Nederland?

Slide 37 - Mind map

This item has no instructions

Welk voordeel heeft een stoommachine in vergelijking met spierkracht?
A
Stoommachines zijn groter.
B
Stoommachines kunnen overal neergezet worden.
C
Stoommachines worden minder snel moe.
D
Je hebt minder mensen nodig.

Slide 38 - Quiz

This item has no instructions

Welke grondstof is belangrijk bij het gebruiken van een stoommachine?
A
Steenkool
B
Bruinkool
C
Bloemkool
D
Turf

Slide 39 - Quiz

This item has no instructions

Het leven van de mensen veranderde na de komst van fabrieken en de stoommachine. Dit noemen we de?
A
industriele revolutie
B
grote verandering van 1900
C
The Big Change
D
fabrikiaire revolutie

Slide 40 - Quiz

This item has no instructions

Waar werd de stoommachine als eerste voor gebruikt?
A
Om stoomtreinen te laten bewegen
B
Water uit mijnen pompen
C
Om stoomschepen te laten varen
D
Om textiel te maken

Slide 41 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een waarschijnlijk gevolg voor de boeren, van de industrialisatie?
A
De koeien gaven zure melk
B
Boeren raken hun extra inkomsten kwijt
C
Boeren gaan in de industrie werken
D
Boeren verkopen veel producten aan de fabriek.

Slide 42 - Quiz

This item has no instructions

Doelen van de les
Je weet wat de industriële revolutie is.

Je weet wat het fabrieksproces inhoudt. 

Je begrijpt waarom er spoorlijnen zijn aangelegd.


Slide 43 - Slide

This item has no instructions