Cirkeldiagrammen

Cirkeldiagrammen
Tijdens deze les behandelen we de opgaven 33 en 34.
Maak daarna zelf nog 36, 38 en 39.

1 / 21
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Cirkeldiagrammen
Tijdens deze les behandelen we de opgaven 33 en 34.
Maak daarna zelf nog 36, 38 en 39.

Slide 1 - Slide

Herhaling vorige week
Soorten diagrammen

Slide 2 - Slide

Beelddiagram
Lijndiagram
Staafdiagram

Slide 3 - Drag question

Opgave 33
In het cirkeldiagram hiernaast staat informatie over de hoeveelheid kleedgeld waarover de leerlingen van de tweede klassen van het Stadpark College elke maand beschikken. 

Slide 4 - Slide

Hoeveel procent van de leerlingen krijgt 75 euro of meer kleedgeld?
A
12%
B
15%
C
22%
D
25%

Slide 5 - Quiz

Berekening
Hoeveel procent van de leerlingen 
krijgt 75 euro of meer kleedgeld?

100 - 17 - 32 - 39 = 12%

Slide 6 - Slide

Opgave 33b
In de tweede klassen zitten in totaal 246 leerlingen. 

Hoeveel van hen hebben minder dan 50 euro kleedgeld per maand?

Slide 7 - Slide

In de tweede klassen zitten in totaal 246 leerlingen.

Hoeveel van hen hebben minder dan 50 euro kleedgeld per maand?
A
44
B
56
C
137
D
138

Slide 8 - Quiz

Berekening 33b
In de tweede klassen zitten in totaal 246 
leerlingen. Hoeveel van hen hebben minder 
dan 50 euro kleedgeld per maand?

17 + 39 = 56%
0,56 x 246 = 137,76
Dus 138 leerlingen.

Slide 9 - Slide

Cirkeldiagram tekenen
  1. Bereken de hoeken van de sectoren.
  2. Teken een cirkel en de straal verticaal omhoog.
  3. Teken de hoeken van de sectoren en kleur de sectoren.
  4. Zet een opschrift en een legenda bij het cirkeldiagram. 

Slide 10 - Slide

Procenten
Hoeken cirkeldiagram
geheeldeel100
geheeldeel360°

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

De familie Veerman heeft een jaarinkomen van 36 500 euro.
a) Hoeveel euro aan kleding en schoeisel?
b) Hoeveel euro aan overig?
c) Maak een cirkeldiagram.

Slide 13 - Slide


Hoeveel euro aan kleding en schoeisel? 
Totaal = 36 500
A
7636500=480
B
0,07636500=2774
C
0,3650076=28
D
7,636500=277400

Slide 14 - Quiz


Hoeveel procent aan overig? 


A
0,25
B
2,5
C
5,2
D
25

Slide 15 - Quiz


Hoeveel euro aan overig?
      2,5 %
36 500 euro
A
0,2536500=9125
B
2,536500=14600
C
0,02536500=912,50
D
2536500=1460

Slide 16 - Quiz


Hoe bereken je de hoek bij "voeding"?
A
0,162100=16,2°
B
0,162360=58,32°
C
16,2100=6,2°
D
16,2360=22,2°

Slide 17 - Quiz


Hoe bereken je de hoek bij "woning"?
A
0,314360=113,04°
B
0,314100=31,4°
C
31,4100=3,2°
D
31,4360=11,5°

Slide 18 - Quiz

sector
voeding
woning
kleding
gezond
ontspanning
overig
%
16,2
31,4
7,6
7,8
34,5
2,5
hoek
58
113
27
28
124
9

Slide 19 - Slide

sector
voeding
woning
kleding
gezond
ontspanning
overig
%
16,2
31,4
7,6
7,8
34,5
2,5
hoek
58
113
27
28
124
9

Slide 20 - Slide

Dit was het klassikale gedeelte.
Maak daarna zelf nog 36, 38 en 39,

of blijf hangen in de Meet 
om deze opgaven samen te maken. 

Slide 21 - Slide