les 2: H1 meten

Meten en interpreteren
H1: meten
1 / 10
next
Slide 1: Slide
Natuur, Leven en TechnologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Meten en interpreteren
H1: meten

Slide 1 - Slide

Je leert:
wat wordt verstaan onder een meting en op welke niveaus er gemeten kan worden

Dat is belangrijk WANT het bepaald welke conclusies je later mag trekken.

Slide 2 - Slide

Meetniveaus
  1. Nominale schaal

  2. Ordinale schaal

  3. Interval schaal

  4. Ratio schaal
Benoemen van hetgene wat je meet.
De variabele is discreet

vb. namen van landen, haarkleur, bloedgroep, diersoort, telefoonnummer.....

Met deze schaal kun je niet rekenen
Er is sprake van ordening in je resultaten. Een hogere waarde op de schaal betekend dat iets gorter, hoger, langer, beter, mooier, etc. is. 

de uitkomst is kwalitatief en discreet hiermee kun je niet rekenen. 

vb. mavo/havo/vwo, zwemdiploma's, meningen in enquete, ....
Laagste schaal waarbij kwantitatief gemeten worden, en je dus wél mag rekenen.

Het verschil tussen 2 waarden heeft een betekenis. Zoals de temperatuursteiging. Maar ook vragen uit een enquete.
Dit is het hoogste meetniveau. Deze schaal is altijd kwantitatief. Het verschil tussen 2 waarden heeft een betekenis én er is een absoluut nulpunt. 

Slide 3 - Slide

Sharon vult een enquête in met allemaal ja-nee vragen.
A
Nominaal
B
Ordinaal
C
Interval
D
Ratio

Slide 4 - Quiz

Op deze cd staan 15 nummers.
A
Nominaal
B
Ordinaal
C
Interval
D
Ratio

Slide 5 - Quiz

Bij meten maken we onderscheid tussen de volgende schalen: nominaal, ordinaal, interval en ratio
A
Nominaal
B
Ordinaal
C
Interval
D
Ratio

Slide 6 - Quiz

Het behaalde cijfer op jouw laatste proefwerk Nederlands.
A
Nominaal
B
Ordinaal
C
Interval
D
Ratio

Slide 7 - Quiz

Bij een enquête wordt een gewichtsindeling in klassen gebruikt:
0-20kg, 20-40 kg, 40-60 kg, 60-80 kg, 80-100 kg, 100-120 kg, 120-140 kg
A
Nominaal
B
Ordinaal
C
Interval
D
Ratio

Slide 8 - Quiz

Weet je nu:
wat wordt verstaan onder een meting en op welke niveaus er gemeten kan worden

Dat is belangrijk WANT het bepaald welke conclusies je later mag trekken.

Slide 9 - Slide

Vragen/opmerkingen?

Slide 10 - Open question