This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
5.2 - Nederland na
1945
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Je kunt oorzaken noemen voor de groei van de Nederlandse economie.
Je kunt gevolgen noemen van de stijging van de Nederlandse welvaart.
Je kunt uitleggen hoe de verzorgingsstaat werd opgebouwd en later onderdruk kwam te staan.
Slide 2 - Slide
De wederopbouw
Hulp vanuit de Verenigde Staten: Marshallplan.
Afspraken over lonen en prijzen: poldermodel. "Wehouden de lonen en prijzen laag".
Europese samenwerking: EGKS (Europese gemeenschap voor kolen en staal). Later ontstond de EEG en dit werd de Europese Unie.
Leerdoel 1
Slide 3 - Slide
Tradities en normen in de jaren 50
Het huwelijk
Het huwelijk was alleen voor man en vrouw. En al vocht je mekaar de tent uit, je bleef bij elkaar.
Seks
Seks was vies en werd alleen gedaan door man en vrouw. Seks was niet iets om van te genieten, maar noodzakelijk voor de voortplanting.
Kerk
Iedereen ging naar de kerk. Als je niet naar de kerk ging dan werd daar schande over gesproken. De dominee of pastoor kwam ook bezoek bij jou thuis.
Mannen en vrouwen
Vrouwen waren ondergeschikt aan de man. Vrouwen waren handelingsonbekwaam. Zij mochten geen eigen bankrekening openen. Daarnaast stond gender helemaal niet ter discussie.
Werk
Vrouwen werkten niet. Als een man zijn vrouw liet werken, dan leek het net alsof hij haar niet kon "onderhouden".
Je werkweek bestond uit 48 uur, dus ook op zaterdag.
Roken
Roken werd door iedereen gedaan en in de meeste gevallen ook aangemoedigd. Als je bezoek kreeg zorgde je dat je sigaretten in huis had.
Zelfzorg
Wassen (douchen) gebeurde één keer in de week.
De meeste mensen hadden geen douche maar gingen naar een badhuis. Of je zat in de tobbe en deelde het water met het hele gezin.
Kleding
Je liep de hele week in dezelfde kleding. In het weekend droeg je je goede goed. Er was geen verschil in de mode voor kinderen en volwassenen.
Slide 4 - Slide
De welvaart stijgt
Er komt eenloongolf: een stijging van lonen, soms wel met 10% in de jaren 60.
Nederland wordt een consumptiemaatschappij.
Amerikaniseringovernemen van Amerikaanse productenzoals supermarkten, spijkerbroeken en de popcultuur.
Jongerenculturen.
Leerdoel 2
Slide 5 - Slide
Amerikanisering
De invloed van Amerika in Europa neemt niet alleen politiek toe: na de oorlog komen ook bedrijven alsCoca Colaen Levi Straussnaar Nederland.
Hierdoor nemen ook in het dagelijks leven, zoals bijvoorbeeld in dekleding of de muziek, veel NederlandersAmerikaanse gebruikenover.
Dit heeftamerikanisering.
De Amerikaanse acteur James Dean wordt vaak genoemd als rolmodel voor de opstandige tiener: vetkuif, spijkerbroek en roken. Niet alleen de Amerikaanse jeugd nam zijn uiterlijk (en gedrag) over.
Ook de Nederlandse jongeren, die zijn films in kleur in de bioscoop konden bekijken, vonden hem 'stoer'. De ouders spraken er, uiteraard, schande van!
Lang heeft James Dean niet van zijn succes kunnen genieten: op 24-jarige leeftijd kwam hij bij een auto-ongeluk om het leven.
Leerdoel 2
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Mijn vrienden en ik hebben dezelfde muzieksmaak.
A
Ja
B
Nee
Slide 11 - Quiz
Mijn vrienden en ik kopen kleding bij dezelfde winkels
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quiz
Ik heb wel eens drugs gebruikt of ben daar nieuwsgierig naar
A
Ja
B
Nee
Slide 13 - Quiz
Mijn ouders en ik denken anders over sociale media.
A
Ja
B
Nee
Slide 14 - Quiz
Dingen die ik leuk vind zoals kleding, spullen en muziek worden beïnvloed door sociale media.
A
Ja
B
Nee
Slide 15 - Quiz
Om te weten wat er speelt in de samenleving maak ik gebruik van tiktok o.i.d.
A
Ja
B
Nee
Slide 16 - Quiz
Ik vind het belangrijk om veel volgers/vrienden te hebben op sociale media.
A
Ja
B
Nee
Slide 17 - Quiz
Soms wordt ik onzeker van de sociale media van anderen.
A
Ja
B
Nee
Slide 18 - Quiz
Je ontmoet sneller nieuwe mensen online.
A
Ja
B
Nee
Slide 19 - Quiz
Ik ga regelmatig uit.
A
Ja
B
Nee
Slide 20 - Quiz
Ik drink elk weekend wel een drankje.
A
Ja
B
Nee
Slide 21 - Quiz
Ik kan makkelijk met mijn ouders praten over seks, drank en drugs.
A
Ja
B
Nee
Slide 22 - Quiz
Mijn ouders en ik denken hetzelfde over seks, drank en drugs.