Unit 3 Lesson 4

• Engels
• Middelbare school
• vmbo t, mavo
• Leerjaar 3

English

T1

Planning

1. Lessonaims check

2. Plural recap

3. Homework check

4. Practise Grammar

5. Reading

Lessons aims

Ik kan woorden in het meervoud zetten

1. 0-25%
2. 25-50%
3. 50-75%
4. 75-100%

Ik kan my/your/his etc. op de juiste manier gebruiken.

1. 0-25%
2. 25-50%
3. 50-75%
4. 75-100%

Ik kan vragen beantwoorden na het lezen van een tekst.

1. 0-25%
2. 25-50%
3. 50-75%
4. 75-100%

Ik ken strategieën voor leesvaardigheid.

1. 0-25%
2. 25-50%
3. 50-75%
4. 75-100%

Singular: enkelvoud

Plural: meervoud

Uniform

1. uniformes
2. uniform's
3. uniforms
4. uniformies

Baby

1. baby's
2. babys
3. babie's
4. babies

Cookie

1. cooky's
2. cookies
3. cookys
4. cookyes

Thief

1. thiefs
2. thiefes
3. thiefies
4. thieves

strawberry

1. strawberries
2. strawberrys
3. strawberrys
4. strawberryes

Regel voor meervoud: woord + s

               1 dog - 3 dogs

    1 dog

   3 dogs

Woorden die eindigen op een klinker + y
krijgen alleen een - s

          

  1 boy          3 boys

Woorden die eindigen op een medeklinker + y
-y verdwijnt en wordt - ies

                 

  1 bunny       4 bunnies

Bij woorden die eindigen op een f of fe

f/fe verdwijnt en wordt -ves

                 

     1 leaf             4 leaves  

Homework check

Match the words

I

you

he

she

it

we

they

her

my

their

our

your

its

his

Do you like ______ (mijn) shoes?

Can you describe ______ (jouw) clothes?

Look at him! Do you like _____ (zijn) T-shirt?

Do you think ____ (onze) teachers are nice?

Do you like ____ (hun) clothes?

Our school is nice. But do you like ____ (ervan) logo?

Grammar: Possessive Pronouns

My

Your

His

Her

Its

Our

Your

Their

I

You

He

She

It

We

You

They

Practice Grammar

- Online oefenen (Plurals)

- Online oefenen (my/your, etc)

Grammatica duidelijk?

Mk: Unit 3, Self Test

Lr: 3.3 + 3.4 (words + grammar)

Reading strategies

Stappenplan

Stap 1. bekijk de tekst - titel, plaatjes, introductie)

Stap 2. lees de vraag en de antwoorden - waar moet je op letten

Stap 3. lees de tekst

Stap 4. beantwoord de vraag

Stap 1 - bekijk de tekst

- Lengte van de tekst. Dit is belangrijk om je leesstrategie te bepalen

- Kijk naar de titel; vaak wordt er een vraag gesteld over de titel, geeft informatie over de tekst

- Kijk naar afbeeldingen, kopjes (tussenkopjes), vetgedrukte woorden

Stap 2 - lees de vraag

- multiple choice; let op! als er gevraagd wordt dat je 1 goed antwoord moet aangeven, dan moet je niet 2 aankruisen. 

- open vraag; beantwoord een openvraag kort en bondig. 

- invulvraag; let op de signaalwoorden; bijv. because= omdat= geeft reden 

- true or false vraag; geef aan wat waar of juist of niet waar of onjuist is. 

Stap 3- Lees de tekst

Bij een korte tekst moet je de hele tekst lezen.

Bij een lange tekst wordt vaak bij de vraag aangegeven in welke alinea je het antwoord kan vinden.

Word Guessing Strategies

• context gebruiken 
  
• herkenbaar uit een andere taal       kindergarten
  
• het soort woord                                      switch
• deel van het woord kennen               artificial
  
• voor-/ achtervoegsel                            agree / disagree

 

Stap 4 - beantwoord de vraag

Beantwoord de vraag en check of je het goede antwoord hebt gegeven. 

Practise Reading

1. Ga naar deze website 

2. Kies 3 teksten die je aanspreken

3. Maak de 'Preparation'

4. Lees de opdracht.

5. Lees de tekst en maak de opdracht.

6. Stuur een screenshot van je resultaat.

Liever een uitdagende tekst? Klik dan hier

Check lesson aims

Ik kan woorden in het meervoud zetten

1. 0-25%
2. 25-50%
3. 50-75%
4. 75-100%

Ik kan my/your/his etc. op de juiste manier gebruiken.

1. 0-25%
2. 25-50%
3. 50-75%
4. 75-100%

Ik kan vragen beantwoorden na het lezen van een tekst.

1. 0-25%
2. 25-50%
3. 50-75%
4. 75-100%

Ik ken strategieën voor leesvaardigheid.

1. 0-25%
2. 25-50%
3. 50-75%
4. 75-100%