Hoofdstuk 2: De Grieken

Hfd 3: De Oude Grieken
1 / 23
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hfd 3: De Oude Grieken

Slide 1 - Slide

Deze les:
  • Wat weet je al over .... de Grieken?
  • Introductie van het nieuwe hoofdstuk.
  • Filmpje: de oude Grieken.
  • Aan de slag met: de vragen van de oriëntatie (vraag 1a, 1b, 1c)

Slide 2 - Slide

Aan het einde van deze les: 
... weet je waar dit hoofdstuk over gaat.
... weet je waar in Europa Griekenland ligt.
... weet je hoe de oude Grieken leefden.

Slide 3 - Slide

Wat weet je eigenlijk
van Griekenland?

Slide 4 - Mind map

In dit hoofdstuk:
2.1: Griekse stadstaten
2.2: Oorlogen om vrijheid en macht
2.3: Griekse goden en helden
2.4: De erfenis van Alexander de Grote

Dit hoofdstuk gaat over de samenleving en cultuur van de Grieken in de oudheid.

Slide 5 - Slide

De Griekse wereld omstreeks 500 v.chr.

Slide 6 - Slide

Even testen?
Wat hoort bij de oude Grieken en wat niet:

Slide 7 - Slide



Hoort dit bij de oude Grieken?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quiz



Hoort dit bij de oude Grieken?
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quiz



Hoort dit bij de oude Grieken?
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quiz



Hoort dit bij de oude Grieken?
A
Italië
B
Griekenland

Slide 11 - Quiz



Is dit het Griekse alfabet?
A
Ja
B
Nee

Slide 12 - Quiz



Hoort dit bij de oude Grieken?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quiz



Hoort dit bij de oude Grieken?
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quiz

De Tijd van Grieken en Romeinen
3000 v. Chr. -  500 n. Chr. 
Deze periode noemen we ook wel de oudheid

Komende tijd gaan we het hebben over de Grieken, in het volgende hoofdstuk over de Romeinen.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Map

Daarom stichtten de Grieken koloniën buiten Griekenland. 

Slide 17 - Slide

Video: de oude Grieken
Noteer de antwoorden in je schrift:
1. Welke twee producten werden er verbouwd in Griekenland?
2. Wat doen de Grieken om het voedseltekort op te lossen?
3. Hoe noemden de Grieken zichzelf?
4. Welk deel van de mensen kwam naar de volksvergadering?
5. Waar komt ons woord politiek vandaan?

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Democratie
Parlementaire democratie
Directe democratie

Slide 20 - Slide

Directe en indirecte democratie
  • Directe democratie = het volk bestuurt zelf.
  • Voorbeeld: Athene was een directe democratie.
  • Indirecte democratie = het volk kiest volksvertegenwoordigers die namens hen besturen.
  • Voorbeeld: Nederland is een indirecte democratie.

Slide 21 - Slide

Aan de slag:

Maak de opdrachten in Feniks (online): 

Hoofdstuk 2 -> Oriëntatie vragen 1, 3, 5 en 7

Klaar? 
Huiswerk is maken: §2.1 vragen 2, 3,  4 (4c hoeft niet), 5 en  6

Slide 22 - Slide

Aan de slag:
Maak de opdrachten 
in Feniks (online): 

Hoofdstuk 2 -> Oriëntatie vragen 1, 3, 5 en 7
Klaar? 
Huiswerk is maken: §2.1 vragen 2, 3,4 (4c hoeft niet),5, 6

Slide 23 - Slide