5.2 Wie steun krijgt, heeft macht

Het Romeinse Rijk


5.2 Wie steun krijgt, heeft macht
1 / 28
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 35 min

Items in this lesson

Het Romeinse Rijk


5.2 Wie steun krijgt, heeft macht

Slide 1 - Slide

Wat weten jullie al over de Romeinen?

Slide 2 - Mind map

Wat heb je nodig deze les?
- Deze LessonUp 
- Aantekenschrift met pen
- Open in een nieuw tabblad alvast paragraaf 5.2.3

Slide 3 - Slide

Rome
  • Ontstaan in de 8e eeuw v.C.
  • Gunstige ligging vlakbij zee en in het midden van Italië.
  • 250 jaar lang bestuurd door koningen.

Slide 4 - Slide


De Romeinse Republiek
(509 v. Chr. - 27 v. Chr.)


  • De laatste koning Superbus wordt verdreven door Brutus rond 509 v.Chr.
  • De Romeinen besluiten om Rome zélf te gaan besturen.
  • Rome wordt een Republiek
  • Res publica = gemeenschappelijke zaak
  • Omdat het volk Brutus zo dankbaar is, wordt hij benoemd tot consul

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

De Romeinse Republiek 3 bestuurslagen 
  • De republiek wordt bestuurd door de senaat ('raad van ouderen'). Dit waren rijke Romeinen (Patriciërs).

  • Het volk kiest elk jaar 2 leiders: consuls: zij voerden de besluiten van de senaat uit.

  • Volksvergadering: vergadering van iedereen met burgerrecht (rijken en plebejers).

Slide 8 - Slide

Senaat
  • Senaat: vergadering waar een paar honderd mannen uit belangrijke families.
  • Stemden over wetsvoorstellen. 
  • Kozen één keer per jaar twee consuls.
  • Alle besluiten van de consuls worden in de senaat besproken.

Slide 9 - Slide

Bij welke bestuursvorm past de senaat van de Romeinen het beste?
A
Monarchie
B
Aristocratie
C
Tirannie
D
Democratie

Slide 10 - Quiz

Consuls
  • dagelijks bestuur
  • leidden de vergaderingen van de senaat.
  • mochten wetsvoorstellen doen.
  • hadden het vetorecht: hiermee konden ze een maatregel van de senaat/ andere consul tegenhouden.
  • Opperbevelhebber van het leger

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Kijk goed naar deze afbeelding!

Slide 13 - Slide

Op de afbeelding zag je de bijeenkomst van:
A
De senaat
B
De consuls
C
De volksvergadering
D
Het volk

Slide 14 - Quiz

Welke bestuursvorm kregen de Romeinen na het verdrijven van de Etruskische koning?
A
Democratie
B
Keizertijd
C
Dictator
D
Republiek

Slide 15 - Quiz

Wat is geen taak van de consuls in Rome?
timer
0:20
A
Wetsvoorstellen doen
B
Vergaderingen van de senaat leidden
C
Oorlog voeren tegen vijanden van Rome
D
Stemmen over wetsvoorstellen

Slide 16 - Quiz

Wie heeft het vetorecht?
timer
0:20
A
Senaat
B
Consuls

Slide 17 - Quiz

Romeinse volksvergadering
Het gewone Romeinse volk had weinig invloed. Zij waren niet heel rijk en hadden geen invloed en kwamen dus nooit in de senaat en konden nooit consul worden. Er kwam verzet -> de volksvergadering werd opgericht voor mannen met burgerrecht. Deze groep was weer onderverdeeld in rijken (kleine groep met meer macht) en bezitlozen (grote groep met minder macht).

Slide 18 - Slide

Leg uit waarom het Romeinse bestuur geen democratie is.

Slide 19 - Open question

De Romeinse bestuursvorm is een aristocratie. (1p)
Alleen de mannen met burgerrecht mochten stemmen in en voor de volksvergadering. En zelfs daar had de kleine groep rijke mannen de meeste macht. Vrouwen, kinderen, slaven en vreemdelingen mochten helemaal niet stemmen. (1p)
Of:
De volksvergadering had minder macht dan de senaat, die helemaal niet werd gekozen uit en door 'het volk'. (1p)

Slide 20 - Slide

Tijd voor Geschiedenis

5.2.3 Rome op veroveringstocht


Slide 21 - Slide

Romeinse Rijk
  • Vanaf de 4e eeuw v.C. veroverden de Romeinen gebieden.
  • In 272 v.C. hadden ze het grootste deel van Italië veroverd.
  • Nu wilden de Romeinen de Middellandse Zee in handen krijgen, dit was gunstig voor de handel.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

Onverslaanbaar leger
Hoe komt het dat het Romeinse leger zo succesvol was?
  • Goed bewapend & getraind.
  • Goed georganiseerd.
  • Gemotiveerd: eer om te vechten voor Rome.
  • Verdeling van de oorlogsbuit onder de soldaten.
  • Overwonnen volken vochten erin mee.

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Opdracht
Ga naar 5.2.3 en begin te lezen bij de tweede alinea "Er zijn vier oorzaken...". 

Zoek de vier oorzaken voor het succes van het Romeinse Rijk en schrijf deze op. 
timer
5:00

Slide 26 - Slide

Vier oorzaken voor het succes van de Romeinen

  1. Goede wegen zodat het leger zich makkelijk kon verplaatsen. 
  2.  Getrainde en goed bewapende soldaten die nooit opgaven.
  3. Romeinen sloten bondgenootschappen met overwonnen volken. 
  4. De grote rijkdom van het rijk (door belastingen).

Slide 27 - Slide

We hebben paragraaf 5.2 nu besproken. Heb je het idee dat je het al goed begrijpt?
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Poll