What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
V5 T4 B4: Translatie
Thema 4
DNA
B4
Translatie en eiwitsynthese
BiNaS: 71 G, J, K
1 / 40
next
Slide 1:
Slide
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
This lesson contains
40 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
4 videos
.
Lesson duration is:
120 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Thema 4
DNA
B4
Translatie en eiwitsynthese
BiNaS: 71 G, J, K
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Hieronder staan een aantal combinaties van begrippen. Welke hebben ogenschijnlijk het minste met elkaar te maken?
A
Helicase en DNA-polymerase
B
Helicase en RNA-polymerase
C
DNA-polymerase en primer
D
Helicase en replicatie
Slide 3 - Quiz
Welk stuk RNA moet er bij de transcriptie van dit DNA gemaakt worden?
Kies de juiste.
C
C
A
T
G
C
C
A
U
G
G
G
T
A
C
G
G
U
A
C
Slide 4 - Drag question
Transcriptie vindt plaats langs welke DNA streng?
A
coderende streng
B
template streng
Slide 5 - Quiz
Strengen
De keten met promotor =
template- / matrijsstreng
RNA-streng tegen matrijsstreng aan gebouwd
RNA-streng lijkt op coderende streng (muv
thymine
vs
uracil
)
Template streng
Coderende streng
Slide 6 - Slide
Met welk enzym begint transcriptie?
A
RNA polymerase
B
transcriptiefactoren
C
spliceosomen
D
DNA polymerase
Slide 7 - Quiz
Hoe noemen we de niet coderende stukken in DNA?
A
introns
B
exons
Slide 8 - Quiz
Uit welke onderdelen bestaat een DNA nucleotide?
A
fosfaatgroep en stikstof base
B
fosfaatgroep, stikstofbase en suikermolecuul
C
OH-groep en fosfaatgroep
D
adenine, guanine, cytosine en thymidine
Slide 9 - Quiz
Aan welke kant van het DNA molecuul bevindt zich het 5' uiteinde?
A
Bij B en D
B
Bij A en D
C
Bij A en C
D
Bij C en D
Slide 10 - Quiz
Transcriptie is het proces waarbij ... wordt omgezet in ...
A
DNA -> mRNA
B
mRNA -> eiwit
C
pre-mRNA -> mRNA
D
eiwit -> mRNA
Slide 11 - Quiz
Leerdoelen B4
Je kunt beschrijven hoe translatie plaatsvindt
Je kunt beschrijven hoe eiwitsynthese plaatsvindt
Slide 12 - Slide
Begrippen
B4 Translatie
- codon/tripletcode
- genetische code
- startcodon
- stopcodons
- translatie
- tRNA
- tRNA-aminozuurcomplex
- anticodon
- bindingsplaatsen A, P, E
- polyribosomen
- release-factor
- PrP-eiwit
- prionen
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Video
https:
Slide 17 - Link
Spliceosoom knipt introns uit pre-mRNA
BiNaS: 71H
Slide 18 - Slide
https:
Slide 19 - Link
Eiwit: primaire structuur
=
1
2
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
RNA 71 K
2 belangrijke voor nu:
- mRNA
(messengerRNA)
:
instructie voor eiwit)
- tRNA,
(transportRNA):
dragen aminozuur dat correspondeert met een triplet op mRNA.
Slide 22 - Slide
tRNA
CCA aan 3'-uiteinde kan aminozuur binden
Drie nucleotiden vormen anticodon, binden aan codon mRNA
Slide 23 - Slide
3 letters mRNA: codon, AUG startcodon
/ Release factor
BiNaS: 71 G!
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Polyribosoom
meerdere ribosomen binden zelfde mRNA
ribosoom klaar met translatie bij stopcodon bindt direct weer bij startcodon
Release factor
zorgt dat aminozuurketen loslaat
Slide 26 - Slide
https:
Slide 27 - Link
Quiz
Slide 28 - Slide
Transcriptie en translatie vinden plaats in...
A
beide in de celkern
B
beide in het cytoplasma
C
transcriptie in celkern translatie in cytoplasma
D
translatie in celkern transcriptie in cytoplasma
Slide 29 - Quiz
Een anticodon is een basentriplet
A
in DNA mRNA en tRNA
B
alleen in tRNA
C
alleen in mRNA
D
alleen in DNA
Slide 30 - Quiz
Welk molecuul lezen ribosomen af om eiwitten te maken?
A
DNA
B
mRNA
C
tRNA
D
rRNA
Slide 31 - Quiz
Einde vragen
Nu even feedback
Slide 32 - Slide
Over Meneer Verhagen
1 Tip, 1 Top, Wat heb ik deze les geleerd?
Slide 33 - Open question
Huiswerk
Bestudeer basisstof 4
Maak 22 t/m 27
Bekijk uitlegfilmpjes verborgen in deze
LessonUp als je het nog moeilijk vindt.
timer
5:00
Slide 34 - Slide
Slide 35 - Video
Enkele feiten
In mRNA zijn
4 verschillende stikstofbasen
Voor één aminozuur worden drie opeenvolgende nucleotiden gebruikt (
triplet
of
codon
)
Genetische code
: de vertaling van nucleotidenvolgorde naar aminozuren met behulp van codons
mRNA wordt afgelezen van 5'- naar 3'-uiteinde
Elk eiwit start met
methionine
, op mRNA
AUG
5' naar 3'.
De codes UAA, UAG en UGA zijn
stopcodons
Slide 36 - Slide
tRNA-molecuul
Slide 37 - Slide
https:
Slide 38 - Link
https:
Slide 39 - Link
B4
nog even herhaald....
uitlegvideo
Slide 40 - Slide
More lessons like this
17.3 transcriptie translatie dl2 klassikaal
September 2023
- Lesson with
24 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
17.3 transcriptie translatie dl1 voorbereiding
September 2023
- Lesson with
47 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
4V 2.4 DNA: het besturingssysteem van de cel
June 2022
- Lesson with
36 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
4V 2.4 DNA: het besturingssysteem van de cel
May 2023
- Lesson with
29 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
V5 T4 B4: Translatie
June 2023
- Lesson with
38 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
V5 Thema 4 DNA B4 Translatie
April 2023
- Lesson with
46 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
T4B4 - Translatie
May 2024
- Lesson with
25 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
T4B4 - Translatie
April 2024
- Lesson with
20 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5