Woorden en hun betekenis

Woorden en hun betekenis
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Woorden en hun betekenis

Slide 1 - Slide

Woorden
*Inhoudswoorden/lexicale woorden (verwijzen naar iets concreets in de realiteit)
*Functiewoorden/grammaticale woorden (leggen een relatie tussen de inhoudswoorden + geven een grammaticaal verband)

Slide 2 - Slide

Lexicon
Lexicon:
a) Verzameling van woorden van een taal
b) Woordenboek dat eigenschappen van woorden opsomt

Slide 3 - Slide

Lemma
Lemma:
Woord in een lexicon met 1 betekenis of meerdere samenhangende betekenissen




Slide 4 - Slide

Woordenboek
1.Woordvorm
2.Woordbetekenis
3.Klemtoon
4.Vervoegingen
5.Uitspraak
6.Geslacht
7.(Taalkring/jargon)

Slide 5 - Slide

Wat zijn lexicale woorden?

Slide 6 - Open question

Wat zijn functiewoorden?

Slide 7 - Open question

Wat is een lexicon?
A
Een functiewoord
B
Twee woorden met dezelfde betekenis
C
Een woord met 2 betekenissen
D
Verzameling van woorden van een taal

Slide 8 - Quiz

Zoekopdracht 1:  zoek het woord "gedaagde" op in het woordenboek.
Noteer de woordvorm, de woordbetekenis, de vervoegingen van het werkwoord waar het van afgeleid is, de klemtoon en het geslacht.




Zoek het woord: gedaagde in een woordenboek/ vandale.nl
Noteer: woordvorm, woordbetekenis, klemtoon, geslacht en vervoegingen 

Slide 9 - Slide

Betekenis en betekenisrelaties
1. Polysemie: 1 woord met meer samenhangende betekenissen
2. Homonymie: 1 woord met meer, niet-samenhangende betekenissen
3. Hyponymie: woord A is ondergeschikt aan woord B
4. Antonymie: betreft betekenistegenstelling tussen woorden (woordparen)
5. Synonymie: woord A heeft dezelfde betekenis als woord B

Slide 10 - Slide

Woordenboeken
1. Tweetalig woordenboek
2. Frequentiewoordenboek
3. Thesaurus
4. Concordantie
5. Retrograde woordenboek
6. Beeldwoordenboek
7. Etymologisch woordenboek

Slide 11 - Slide

Zoekopdracht (2)
Zoek/bedenk samen telkens 1 woord bij de volgende begrippen:
polysemie, homonymie, hyponymie, antonymie en synonymie.

Slide 12 - Slide

Keuzeopdracht
Kies (online) 1 woordenboek uit: tweetalig woordenboek, frequentiewoordenboek, thesaurus, concordantie, retrograde woordenboek, beeldwoordenboek, etymologisch woordenboek en.......
1. Zoek een woord dat je nog nooit hebt gehoord en geef je groepsleden de opdracht het zo snel mogelijk op te zoeken
of
2. Bedenk een (nieuw) woord/begrip dat je in 1 van de woordenboeken zou willen toevoegen.

Slide 13 - Slide