2.2 Fascisme en communisme Deel A

Het interbellum
2.2 Fascisme en communisme



1 / 12
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with text slides.

Items in this lesson

Het interbellum
2.2 Fascisme en communisme



Slide 1 - Slide

Welkom!
Ga naar google classroom en open het document 2.2 fascisme opdrachten en aantekeningen

Slide 2 - Slide

Leerdoelen


De situatie in Italië in de periode voorafgaand aan de 2e WO kunnen beschrijven en verklaren



  • Verklaren hoe Mussolini aan de macht kon komen
  • Kenmerken van het Fascisme kunnen noemen
  • Kunnen uitleggen wat een totalitaire staat is
Begrippen
  • Fascisme
  • Totalitaire staat
  • Propaganda
  • Geïndoctrineerd

Slide 3 - Slide

Fascisme

Slide 4 - Slide


Fascisme

  • De naam komt van het voorwerp dat je  hier ziet: een fasces
  • Dit voorwerp, een bijl met takken, stond symbool   voor de macht van bestuurders in het Romeinse Rijk.

Slide 5 - Slide

Italië na de 1e WO
  • Sinds 1861 een eenheid met koning en regering
  • Vocht mee aan de kant van de Geallieerden 
  •  Hoera gewonnen! -> vredesonderhandelingen
  • Italië wil gebiedsuitbreiding, maar kreeg te weinig

Slide 6 - Slide

Onvrede in Italië over
  •  Onderhandelingen van de 'slechte' Italiaanse regering.
  • Angst voor een revolutie 
  • Werkloosheid (ook onder oorlogsveteranen)




Slide 7 - Slide

Knokploegen
  • Fasci di Combattimento (Zwarthemden)

  • Leider: Benito Mussolini

  • Gingen de straat op om te knokken met socialisten en communisten




Slide 8 - Slide

Benito Mussolini
                     De Fasces (1919) 
  •  Richt een fascistische beweging op 
  •  Krijgt veel aanhang

                Mars naar Rome (1922)
  • Met geweld grepen ze in een aantal steden de macht
  • Dreigde om Rome te veroveren
  • Uit angst voor een burgeroorlog stuurde de koning de regering naar huis

Slide 9 - Slide

Kenmerken van fascisme 
  • Fascisme is antidemocratisch: het volk  hoeft niet mee te praten.

  • Er is één leider

  • Militaristisch (Verheerlijking van geweld en het leger)

  • Fascisme is extreem nationalistisch: de eigen staat boven alles. Ze zijn tegen dingen die vreemd zijn en andere culturen

Slide 10 - Slide

Mare Nostrum: onze zee.

Slide 11 - Slide

Totalitaire staat
  • Leven van burgers in alle aspecten beheersen
  • De staat is het belangrijkst, iedereen moest meewerken
  • Geen individuele vrijheid (tegenstanders werden uitgeschakeld)
  • Volk werd geïndoctrineerd met propaganda


Slide 12 - Slide