7.2 Oppervlakte en omtrek (1)

1 / 29
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Deze les...
- Terugblik naar paragraaf 1: Eenheden omrekenen
- Start paragraaf 2: Oppervlakte en omtrek

Aan het eind van de les weet/kan ik:
- Ik ken de formules voor het berekenen van de oppervlakte van een rechthoek, driehoek en paralellogram en deze kan ik toepassen.

Slide 2 - Slide

Eenheden omrekenen
Vind je het nog lastig om dit uit je hoofd te doen?
In de samenvatting op bladzijde 84 in je boek staan de omreken schema's, deze kan je hierbij gebruiken.

Let wel op! Op het proefwerk moet je dit uit je hoofd kunnen.

Slide 3 - Slide

Zet de eenheden op volgorde van groot naar klein
km
dam
cm
mm
m
hm
dm

Slide 4 - Drag question

3000 cm = ........ m
A
30
B
300
C
3
D
0,3

Slide 5 - Quiz

2,5 dm = .... cm
A
25
B
0,25
C
0,025
D
2,5

Slide 6 - Quiz

5 km = ..........m
A
0,005 m
B
500 m
C
5.000 m
D
0,05 m

Slide 7 - Quiz

Omrekenen
200mm2 = cm2
A
20
B
2000
C
20000
D
2

Slide 8 - Quiz

Reken uit:

0,123 m2 = _________ cm2
A
12,3 cm2
B
1230 cm2
C
0,123 cm2
D
123 cm2

Slide 9 - Quiz

100 mm2 = .... cm2
A
10 cm2
B
0,01 cm2
C
1 cm2
D
0,1 cm2

Slide 10 - Quiz

0,8 dm² = ... cm²
A
0,8 cm2
B
8 cm2
C
80cm2
D
800cm2

Slide 11 - Quiz

Hoeveel liter is 400 mL?
A
40
B
4
C
0,4
D
0,04

Slide 12 - Quiz

Hoeveel liter is 50 cL?
A
500
B
50
C
5
D
0,5

Slide 13 - Quiz

Hoeveel m³ is 500 dm³?
A
50
B
5
C
0,5
D
0,05

Slide 14 - Quiz

Hoeveel dL is 48 dm³?
A
4 800
B
480
C
48
D
4,8

Slide 15 - Quiz

Oppervlaktes berekenen
De formules op de volgende pagina moet je uit hoofd leren.
Schrijf ze dus ergens op!

Slide 16 - Slide

Formules oppervlakte
Oppervlakte rechthoek = lengte x breedte
Oppervlakte driehoek = 0,5 x zijde x bijbehorende hoogte
Oppervlakte paralellogram = zijde x bijbehorende hoogte

Omtrek vlakke figuren = alle zijden bij elkaar opgeteld.

Slide 17 - Slide

oppervlakte rechthoek =
A
lengte + breed
B
lengte x breedte
C
alle zijden bij elkaar optellen
D
lengte x breedte : 2

Slide 18 - Quiz

Bereken de oppervlakte
van de rechthoek.

Let goed op de eenheden!
A
80 mm2
B
80 cm2
C
8 mm2
D
8 cm2

Slide 19 - Quiz

Oppervlakte driehoek =
A
zijde x bijbehorende hoogte
B
0,5 x zijde x bijbehorende hoogte
C
zijde x lengte
D
schuine zijde x basis

Slide 20 - Quiz

Hoe vind je de bijbehorende hoogte?







Zoek de rechte hoek!





Slide 21 - Slide

Welke zijde hoort
bij hoogte HF?
Tip!
Dat is dus de zijde waar het rechtehoekteken aan vast staat.
A
zijde EF
B
zijde EH
C
zijde EG
D
zijde GH

Slide 22 - Quiz

Hoogte =


zijde =
26,6
22,6
28
30

Slide 23 - Drag question

Wat is de oppervlakte van de driehoek ?
A
312
B
420
C
360
D
336

Slide 24 - Quiz

zijde =
hoogte =
Tip 1
De hoogte staat ALTIJD loodrecht op de zijde.
Tip 2
De zijde bevindt zich ALTIJD aan de driehoek en staat loodrecht op de hoogte van de driehoek.
In dit geval is de zijde één van de drie groene zijdes in de driehoek.
AB
BC
AC
BD
AD
CD

Slide 25 - Drag question

Wat is de oppervlakte van deze driehoek in
?
mm2
A
336
B
240
C
300
D
Het goede antwoord staat er niet tussen

Slide 26 - Quiz

Oppervlakte van een parallellogram
Oppervlakte =zijde x bijbehorende hoogte

De hoogte staat loodrecht op de zijde

Slide 27 - Slide

Bereken de oppervlakte van parallellogram PQRS.
Schrijf je berekening op.
Tip!
Gebruik de formule:
Oppervlakte parallellogram = zijde x bijbehorende hoogte

De zijde vind je bij het rechtehoekteken en deze staat buiten de parallellogram. In dit figuur moet je voor de gehele zijde 2 getallen bij elkaar optellen.

De bijbehorende hoogte staat in de parallellogram.

Slide 28 - Open question

Opdrachten maken
Je kan nu aan de slag met opdracht:
Hoofdstuk 7
17 t/m 22

Kom je er niet uit?
Steek je vinger op, dan kom ik helpen!

Slide 29 - Slide