Hfst 1: Inleiding tot het rechtssysteem

Hfst 1: Inleiding tot het rechtssysteem
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BeveiligingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Hfst 1: Inleiding tot het rechtssysteem

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Aan het einde van de les kun je de twee soorten recht onderscheiden
  • Aan het einde van de les begrijp je wat deze soorten recht regelen
  • Aan het einde van de les weet je hoe het wetboek van strafrecht is verdeeld
  • Aan het einde van de les begrijp je wat strafrechtelijk minderjarig inhoudt
  • Aan het einde van de les ken je de verschillende soorten rechters
  • Aan het einde van de les weet je hoeveel rechtbanken Nederland heeft
  • Aan het einde van de les ken je het verschil tussen een enkelvoudige kamer en meervoudige kamer
  • Aan het einde van de les begrijp je wat in hoger beroep gaan betekent
  • Aan het einde van de les weet je hoe een zaak in hoger beroep wordt behandeld
  • Aan het einde van de les weet je wat naar de Hoge Raad gaan betekent
  • Aan het einde van de les ken je de verschillende personen die aanwezig zijn in een rechtszaak
  • Aan het einde van de les weet je wat een dagvaarding is

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Hfst 1: Inleiding tot het rechtssysteem
Dit hoofdstuk gaat over de basisprincipes van de Wet en regelgeving in Nederland.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Soorten recht en hun functies
  • De twee hoofdcategorieën van recht zijn privaatrecht en publiekrecht

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Verdeling van het wetboek van strafrecht
  • Misdrijven en overtredingen 
  • De verzameling van alle strafbare feiten en hun straffen.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Strafrechtelijk minderjarig
  • Een persoon onder de 18 jaar die onder het jeugdstrafrecht valt.
  • Tussen 12 en 18 strafrechtelijk minderjarig.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Soorten rechters
  • Welke soorten rechters zijn er? 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Aantal  Nederlandse rechtbanken
  • Er zijn 11 de Nederlandse rechtbanken

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Enkelvoudige versus meervoudige kamers
  • Het verschil tussen een enkelvoudige kamer en meervoudige kamer

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Proces van in hoger beroep gaan
  • Het proces van het aanvechten van een rechterlijke uitspraak

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Behandeling van zaken in hoger beroep
  • Hoe zaken in hoger beroep worden behandeld

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Proces van naar de Hoge Raad gaan
  • Wat houdt naar de Hoge Raad toegaan in?

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Deelnemers aan een rechtszaak
  • De verschillende personen die aanwezig zijn in een rechtszaak

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Omschrijving en functie van een dagvaarding
  • Een officiële kennisgeving van een rechtszaak

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Definitielijst
  • Soorten recht: De twee hoofdcategorieën van recht zijn privaatrecht en publiekrecht
  • Wetboek van Strafrecht: De verzameling van alle strafbare feiten en hun straffen
  • Strafrechtelijk minderjarig: Een persoon onder de 18 jaar die onder het jeugdstrafrecht valt
  • Enkelvoudige kamer: Een rechtszaak met één rechter
  • Meervoudige kamer: Een rechtszaak met drie rechters
  • Hoger beroep: Het proces van het aanvechten van een rechterlijke uitspraak
  • Hoge Raad: Het hoogste rechtsorgaan in Nederland
  • Dagvaarding: Een officiële kennisgeving van een rechtszaak

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 16 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 17 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.