This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Het Britse Rijk (1585-1900)
Industriele revolutie
Slide 1 - Slide
De industriële revolutie zorgde ervoor dat Groot-Brittannië minder behoefte had aan Indiase eindproducten, want die konden Britse producenten nu zelf ook maken. Tegelijkertijd nam de behoefte aan de grondstof katoen snel toe. Welke andere twee gewassen werd door de Britten op plantages verbouwd in India.
Slide 2 - Open question
Wat zijn de eerste grote verandering die fabrikant Robert Owen door voerde in het voordeel van de arbeidersklasse. Hij was een fabrikant in een katoen fabriek in Schotland.
Slide 3 - Open question
Waarom heeft Engeland een prominente rol in de industriële revolutie.
Slide 4 - Open question
Leg uit wat het effect is van de stoommachine op de: productielijn en infrastructuren.
Slide 5 - Open question
Met welk doel organiseerde Prins Albert, de echtgenoot van de Britse koningin Victoria, in 1851 de Wereldtentoonstelling in Londen?
A
Hij wilde de Koh-i-Noor een mooie tentoonstellingsruimte geven.
B
Hij wilde met de tentoonstelling bekendheid over de typische Britse normen en waarden verspreiden over de wereld.
C
Hij wilde met de tentoonstelling de technologische vooruitgang van Groot-Brittannië aan de wereld laten zien.
D
Hij wilde met de tentoonstelling bereiken dat buitenlandse uitvinders en ondernemers zich in Engeland zouden vestigen om daar de Britse industrie verder te ontwikkelen.
Slide 6 - Quiz
Zet in de goede volgorde (van vroeg naar laat - van links naar rechts)
A
B
C
E
F
D
De eerste wereldtentoonstelling geeft Groot-Brittannië de kans haar technologische en industriële voorsprong aan de rest van de wereld te tonen.
De eerste Reform Bill zorgt voor een representatiever districtenstelsel in Groot-Brittannië.
Technologische ontwikkelingen in de landbouw zorgen voor meer opbrengst van de grond, met een snelle bevolkingsgroei tot gevolg.
De Factory Acts krijgen niet van alle arbeiders direct steun, omdat ze de inkomensmogelijkheden van gezinnen beperken.
Door de uitvinding van de Spinning Jenny verloopt de productie van weefgaren veel sneller dan voorheen.
Met de opening van het Suezkanaal kunnen goederenschepen sneller en meer grondstoffen en industrieproducten uitwisselen tussen Groot-Brittannië en Brits-Indië.
Slide 7 - Drag question
Wat is een belangrijke voorwaarde voor het ontstaan van een liberale markteconomie?
A
Vrijhandel
B
Overheidsregulering
C
Herinvesteren van opbrengsten
D
Het bezit van koloniën
Slide 8 - Quiz
Hoe dachten Britse ondernemers over de rol van de overheid in de Britse industrie en economie? Er zijn meerdere antwoorden juist
A
De overheid moest de bescherming van handel en productie voor haar rekening nemen.
B
De overheid moest zich inzetten voor het tegengaan van buitenlandse concurrentie op de binnenlandse markten.
C
De overheid moest via regelgeving zorgen voor gelijke kansen voor alle handelaren binnen het Britse Rijk.
D
De overheid moest investeringen doen in de uitbreiding van Britse handelsbelangen.
Slide 9 - Quiz
Waarom vonden Britse ondernemers het noodzakelijk om de verdeling van kiesdistricten in Groot-Brittannië te hervormen middels de Reform Bill in 1832?
A
Het districtenstelsel moest plaatsmaken voor directe verkiezingen.
B
De adel was niet in staat het land goed te besturen.
C
De nieuwe industriegebieden met veel inwoners mochten in de ‘oude’ verdeling minder personen naar het Britse parlement afvaardigen dan de adellijke plattelandsdistricten met weinig inwoners.
D
Ondernemers wilden zelf bepalen bij welk district ze hun nieuwe fabrieken wilden laten horen.
Slide 10 - Quiz
In 1817 formuleerde de Britse minister van Buitenlandse Zaken de volgende regel om de Britse heerschappij ter zee zeker te stellen: de Royal Navy moest altijd sterker zijn dan de vloten van twee mogelijke vijanden samen.
Wat was de belangrijkste opdracht van de Royal Navy?
A
Verdedigen/beschermen van de Britse overzeese handelsroutes.
B
Britse handelsbelangen overal ter wereld veiligstellen.
C
Groot-Brittannië en de overzeese gebieden van het Britse Rijk beschermen tegen binnenlandse en buitenlandse bedreigingen.
D
Koloniën van economische concurrenten veroveren/innemen.
Slide 11 - Quiz
In de tweede helft van de negentiende eeuw was het Britse Rijk op het toppunt van haar macht in de wereld, met name op het gebied van handel en industrie. Die positie kwam steeds meer onder druk te staan.
Welke twee oorzaken had dat?
A
Dekolonisatie: steeds meer koloniën verklaarden zich onafhankelijk van Groot-Brittannië.
B
Toenemende concurrentie, met name vanuit de Verenigde Staten en Duitsland.
C
De rivaliteit tussen de Europese mogendheden in koloniale gebieden nam steeds meer toe.
D
Een economische crisis in Groot-Brittannië zette het land op achterstand in Europa en de rest van de wereld.
Slide 12 - Quiz
Bekijk de begrippen uit je tekstboek van HC Britse Rijk Industriële revolutie noteer vier begrippen die lastig zijn