Klas 1 week 8-2023 les 1

Bienvenu(e)s!

Lesdoelen (buts)

Je gaat nieuwe Franse woorden leren die te maken hebben met mensen en activiteiten beschrijven
Wat ga je doen?
Ga naar Naslag Chapitre 5
Voca F + PC G
Schrijf in jouw vocabulaireschrift/map 
met een vouw in het midden
links: Frans
rechts: Nederlands
de woorden/zinnen van
 voca F en PC G 
Klaar? Bedek de Nederlandse vertaling en kijk welke zinnen je al kent. Werk met * en potlood
1 / 18
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Bienvenu(e)s!

Lesdoelen (buts)

Je gaat nieuwe Franse woorden leren die te maken hebben met mensen en activiteiten beschrijven
Wat ga je doen?
Ga naar Naslag Chapitre 5
Voca F + PC G
Schrijf in jouw vocabulaireschrift/map 
met een vouw in het midden
links: Frans
rechts: Nederlands
de woorden/zinnen van
 voca F en PC G 
Klaar? Bedek de Nederlandse vertaling en kijk welke zinnen je al kent. Werk met * en potlood

Slide 1 - Slide

Lesdoelen/buts
Aan het eind van de les:
- Heb ik het werkwoord avoir (hebben) & être (zijn) herhaald
- Heb ik de passé composé geoefend
- Weet ik dat dierengeluiden in het Frans anders zijn dan in het Nederlands
- Heb ik vragen gesteld over de toets leesvaardigheid op 24 februari





Slide 2 - Slide

Regelmatige werkwoorden op -er

Kun je het hele rijtje opschrijven met de uitgangen?

Slide 3 - Slide

Het regelmatige werkwoord op -er

Slide 4 - Slide

Avoir = hebben |    Être = zijn
Schrijf het hele rijtje van deze onregelmatige werkwoorden op in jouw schrift met de Nederlandse vertaling erachter.

Slide 5 - Slide

AVOIR ( = hebben)
Vervoeging van "avoir" met vertaling :
stopwatch
00:00

Slide 6 - Slide

Être = zijn
je suis = ik ben
tu es = jij bent
il est = hij is
elle est = zij is
nous sommes = wij zijn
vous êtes = jullie zijn, u bent
ils/elles sont = zij zijn

Slide 7 - Slide

Zij heeft gegeven
A
Elle a donné
B
Elle a donner
C
Elle donné
D
Elle a donne

Slide 8 - Quiz

U heeft gedanst
Kies de juiste zin
A
Vous avez danser
B
Vous avez dansé
C
Vous avez chanter
D
Vous avez chanté

Slide 9 - Quiz

Ik heb gevraagd

Slide 10 - Open question

Wij hebben gezongen.

Slide 11 - Open question

wij hebben gekeken

Slide 12 - Open question

Reflectie/evaluatie
Het vervoegen van werkwoorden op -er en de onregelmatige werkwoorden être en avoir worden vanaf nu als bekend verondersteld. (Zie ook de toetsinformatie van 26 mei)

Noteer in jouw agenda en/of Daltonplanner wat je nog moet herhalen/oefenen/leren/doen


Slide 13 - Slide

Dierengeluiden
Open het werkblad "Dierengeluiden" bij Bronnen en vul dit in.

We gaan luisteren en kijken naar een liedje over dierengeluiden.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Dierengeluiden
Als je  het werkblad "Dierengeluiden" bij Bronnen hebt ingevuld, ga je naar de volgende slide om deze opdracht na te kijken.


Slide 16 - Slide

Les réponses


Le poussin = het kuikentje  La poule = de kip  Le coq = de haan
La dinde = de kalkoen          Le pigeon = de duif
Le chat = de kat                      Le chien = de hond
La chèvre = de geit               L'agneau = het lammetje
La vache = de koe                   le taureau = de stier



Slide 17 - Slide

Klaar? Ga zelfstandig aan de slag met de weektaak
Maken van de oefeningen en/of leren van de vocabulaire
In stilte werken zolang de timer loopt.

Slide 18 - Slide