H6: Paragraaf 1: les 2

Les 2:  Paragraaf 1: Nederland Duurzaam
-Welke manieren er zijn om de uitstoot van co2 te verminderen

-De omvang en soorten duurzame energie in Nederland
1 / 22
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Les 2:  Paragraaf 1: Nederland Duurzaam
-Welke manieren er zijn om de uitstoot van co2 te verminderen

-De omvang en soorten duurzame energie in Nederland

Slide 1 - Slide

Maar eerst
Huiswerk was 6.1: 1 tm 9

Slide 2 - Slide

Koolstofkringloop

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Je ziet hierboven het natuurlijk broeikaseffect.
Wat verandert er bij het versterkte broeikaseffect?

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

ENERGIEBRONNEN
Uitputbare energiebronnen:
maar één keer te gebruiken. Bijvoorbeeld steenkool, aardolie, aardgas en uranium.

Hernieuwbare energiebronnen: 
raken niet op. Bijvoorbeeld stromend water, wind en de zon

Slide 7 - Slide

Van grijs naar groen
Welke energiebronnen gebruikt Nederland?
  • 92% fossiele brandstoffen
  • 6% duurzame energiebronnen

Dus: veel grijs en nog maar heel
weinig groen!!!


Slide 8 - Slide

Minder (fossiele) energie
gebruiken.
Energiebesparing= 


Energietransitie
Overgang van het gebruik van fossiele energiebronnen naar duurzame energiebronnen.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Energietransitie in Nederland

Slide 11 - Slide

Vul in (zoveel voorbeelden als je kunt vinden):
Energiebesparing
Energietransitie

Slide 12 - Slide

Energiebesparing
  • Isoleren (muren, daken, vloeren,     ramen)
  • Energiezuinige apparaten   (koelkast, wasmachine, droger, tv)
  • Verwarming lager, korter douchen
  • Zuinig reizen (zuinigere auto's, trein, fiets)

Energietransitie
  • Overgang naar nieuwe/andere   energiebronnen
  • Van fossiele brandstoffen naar   duurzame of hernieuwbare   energiebronnen (windenergie,   zonne-energie)
  • Van grijze naar groene energie!

Slide 13 - Slide

To do:
Nakijken paragraaf 6.1: 
Maken paragraaf 6.2: 1 t/m 5

Slide 14 - Slide

Sleep de energiebronnen naar de juiste plaats in het diagram.
4%
11%
38%
42%
Aardgas
Steenkool
Aardolie
Duurzame energie

Slide 15 - Drag question

Hieronder zie je zes voorbeelden van fossiele en duurzame energiebronnen. Herken jij ze? Zet ze bij het juiste rijtje
Fossiele energie
Duurzame energie

Slide 16 - Drag question

Wind- en zonne-energie noem je schone energie. Wat is ook schone energie?
A
aardgas
B
aardolie
C
waterkracht
D
steenkolen

Slide 17 - Quiz

Het overschakelen van het gebruik van fossiele energie naar duurzame energie,
bijvoorbeeld zonne-energie.
A
energietransitie
B
groene stroom
C
milieu
D
fossiele brandstoffen

Slide 18 - Quiz

De koolstofkringloop is belangrijk voor het leven omdat:
A
planten zuurstof omzetten in water
B
planten zuurstof produceren
C
planten door fotosynthese glucose maken en CO2 opnemen
D
er door verbranding CO2 vrijkomt

Slide 19 - Quiz

Wanneer is de koolstofkringloop verstoord?
A
Als er minder koolstofdioxide geproduceerd wordt dan verwerkt kan worden door de planten
B
Als er meer koolstofdioxide geproduceerd wordt dan verwerkt kan worden door de planten
C
Als er minder zuurstof geproduceerd wordt door de planten dan koolstofdioxide
D
Als er meer zuurstof geproduceerd wordt door de planten dan koolstofdioxide

Slide 20 - Quiz

Wat is geen duurzame energie?
A
Zonne-energie
B
Bodemwarmte
C
Aardgas
D
Windenergie

Slide 21 - Quiz

Ga je wat leuks doen in het weekend?

Slide 22 - Open question