Bij een instructie vertel je hoe iemand een bepaalde handeling moet uitvoeren. De handelingen moet je stap voor stap benoemen:
Of: Stap 1, Stap 2, Stap 3
Of: Ten eerste, ten tweede, daarna, vervolgens, tot slot
Vertel aan het begin van het doel is van de instructie.
Doe handelingen voor.
Check tussendoor of de ander het nog begrijpt.
Controleer na afloop of de ander de handeling zelfstandig kan uitvoeren.