27-11 afsluiting hoofdstuk

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

EMH1F          27-11

Spullen niet bij je?

Huiswerk niet in orde?

Meld het voor de les bij de docent. 

Mededeling

Woensdag 3de uur toets H 1

Laptop+ oplader mee

Dagmenu

Huiswerkcontrole

Instructie 1.5 bronnen

Oefenvraag Rep. h1

Zelfstandig werken

 

Ongeschreven bronnen

Geschreven bronnen 

Directe bron

Indirecte bron

Oefenvraag 

Bron 1 is een muurschildering uit de prehistorie. Bekijk bron 1:
Wat is het middel van bestaan in deze tijd?
Wat zegt deze bron over de cultuur in de prehistorie?

Zelfstandig werken 1.5

In welke eeuw leven wij?

1. 19e eeuw
2. 20e eeuw
3. 21 eeuw

Wat is het middel van bestaan?

1. De manier hoe mensen overleven en aan eten komen
2. De manier hoe mensen jagen
3. De manier hoe mensen rondtrekken
4. De manier hoe mensen nomadisch leven

Wat voor bron is Ötzi?

1. direct, geschreven
2. direct, ongeschreven
3. indirect, geschreven
4. indirect, ongeschreven

Welke eeuw is 1545 v.Chr.?

1. 16e eeuw v.Chr.
2. 15e eeuw v. Chr.
3. 16e eeuw n. Chr.
4. 15e eeuw n.Chr.

Welk begrip past bij deze afbeelding?

1. Scheppingsleer
2. Homo sapiens
3. Neandethaler
4. Evolutietheorie

Was er sprake van een taakverdeling tussen mannen en vrouwen bij de jagers en verzamelaars

1. Ja
2. Nee
3. Soms

Wie leefden er als nomaden?

1. Boeren (agrariërs)
2. Jagers en verzamelaars
3. Stedelingen

Waarom leven de jagers en verzamelaars als nomaden?

1. Om te vluchten van wilde dieren
2. Om te vluchten van de kou
3. Om naar warme gebieden te trekken
4. Om het voedsel achterna te gaan

Jagers en 
verzamelaars

Boeren

In welk jaar ontstond de landbouw ongeveer?

1. 50.000 v.Chr.
2. 20.000 v.Chr.
3. 10.000 v.Chr.
4. 10.000 n.Chr.

Waarom heet de prehistorie zo?

1. Er was nog geen landbouw
2. Er was nog geen schrift
3. Er was nog geen nomaad
4. Er was nog geen cultuur

Door de landbouw is niet iedereen meer nodig om aan eten te komen. Wat doen de mensen die over zijn?

1. Gaan wonen in steden
2. Gaan zich specialiseren in ambachten
3. Gaan verhuizen
4. Gaan zich verdiepen in het geloof

Wie schreven de wetten en regels voor de farao op?

1. Ambachtsmensen
2. Boeren
3. Ambtenaren
4. Priesters

Waarom was er een bestuur in de stad?

1. Om tempels te bouwen
2. Om de koning te ondersteunen
3. Om de irrigatielandbouw te regelen
4. Om contact te houden met andere volkeren

Jagers en verzamelaars

Boeren

Nomaden

Jagen op mamoetten

Stevige huizen

Bouwen van hunebedden