Thema wonen moeilijke woorden

Thema wonen

Je krijgt vragen over de moeilijke woorden die bij het thema wonen horen.
Succes!
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slide and 4 videos.

Items in this lesson

Thema wonen

Je krijgt vragen over de moeilijke woorden die bij het thema wonen horen.
Succes!

Slide 1 - Slide

Een groter deel van een stad of dorp met een eigen naam
A
de buurt
B
de gemeente
C
het park
D
de wijk

Slide 2 - Quiz

Slide 3 - Video

Iets veranderen door te bouwen of af te breken
A
verblijven
B
verbouwen
C
huren
D
inschrijven

Slide 4 - Quiz

Een woning die een deel is van een groter gebouw.
A
het pand
B
de Randstad
C
het appartement
D
het centrum

Slide 5 - Quiz

Een klein deel van een stad of dorp, meestal van maar van maar een paar straten.
A
de gemeente
B
het legitimatiebewijs
C
de buurt
D
het platteland

Slide 6 - Quiz

Het midden van een stad of een dorp, de binnenstad.
A
de buurt
B
het centrum
C
de gemeente
D
de Randstad

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Video

Ergens zijn.
A
verblijven
B
inschrijven
C
huren
D
verbouwen

Slide 9 - Quiz

Het gebied in het westen van Nederland waar veel grote steden liggen.
A
de Randstad
B
de Westkant
C
het Westland
D
de Peel

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Video

Alleen kunnen zijn zonder gestoord te worden.
A
het park
B
de Randstad
C
de privacy
D
het platteland

Slide 12 - Quiz

Een gebied dat door de burgemeester wordt geleid.
A
de gemeente
B
de buurt
C
het pand
D
het park

Slide 13 - Quiz

Wat zie je op de foto?
de buurt of het pand?

Slide 14 - Open question

Hoe noem je het als je iets tegen betaling leent?
huren of kopen?

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Video

Je ergens voor aanmelden
A
opschrijven
B
inschrijven
C
afschrijven
D
overschrijven

Slide 17 - Quiz

Wat zie je op de foto?

Slide 18 - Open question

Hoe heb je deze ls gemaakt?

Slide 19 - Poll