H5 - les 4 - herhalen voca A,B en situatie 1 - Écouter A - situatie 2

Aujourd'hui tu as besoin de : 

un stylo

    ton cahier

           ton ordinateur
Startopdracht: Begin 5 minuten met het herhalen van de woordjes van vocabulaire A en B. 
1 / 19
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Aujourd'hui tu as besoin de : 

un stylo

    ton cahier

           ton ordinateur
Startopdracht: Begin 5 minuten met het herhalen van de woordjes van vocabulaire A en B. 

Slide 1 - Slide

mots
positifs
Sleep de positieve woorden naar het woordweb en sleep de negatieve woorden naar het boze meisje. 
Leg jouw keuzes uit aan jouw buurman/buurvrouw.
chaleureux
accueillant
regretter
désagréable
la douceur
tourner
le dos
plaire
pire
abandonné

Slide 2 - Drag question

Programme
  • Corriger les devoirs
  • Réviser : situation 1
  • Écouter A
  • Parler : situation 2

Slide 3 - Slide

Texte : Professeur, un métier de rêve ?

Slide 4 - Slide

Texte : Professeur, un métier de rêve ?
Réponse: 26 - B
Elle a réussi à combiner
sa passion pour la lecture
avec sa profession.
____________
_______________________
_______________________
_______________________
____

Slide 5 - Slide

Texte : Professeur, un métier de rêve ?
Réponse: 27 - C
Comme elle a un bon 
contact avec ses élèves, 
elle aime bien 
son travail. 
_________________
_________________
______________

Slide 6 - Slide

Texte : Professeur, un métier de rêve ?
Réponse: 28 - D
Pour apprendre à 
aimer la lecture, 
il faut trouver 
le bon livre. 
______________
________________
________________
_____

Slide 7 - Slide

Texte : Professeur, un métier de rêve ?
Réponse: 29 - A
Après une interruption 
de deux ans, Fanny Capel 
est retournée à l’école
parce que son travail avec 
les jeunes
lui manquait. 
__
__________________
__________________
__________________
__________________
_____

Slide 8 - Slide

Les buts
- Ik kan de hoofdpunten verstaan van nieuwsberichten op de radio en van eenvoudiger opgenomen materiaal over vertrouwde onderwerpen. 

- Ik kan in het Frans aangeven dat er een probleem is en hiervoor een oplossing aandragen.

Slide 9 - Slide

Situation 1
Herhaling
Je overnacht in een hotel in Frankrijk.
Aangekomen op je hotelkamer zie je een muis op jouw kamer.
Je gaat naar de balie, omdat je een andere kamer wilt, maar de baliemedewerkster gelooft jou niet...




Slide 10 - Slide

Vocabulaire 
Écouter A ex. 1 (p.8)

Slide 11 - Slide

Écouter A
Écouter A ex. 2a&b (p.8)

Slide 12 - Slide

Écouter A
Écouter A ex. 2c&d (p.9)
On va écouter l'interview avec Manon deux fois.
La première fois tu vas chercher les thèmes de l'interview (ex. 2c).
La deuxième fois tu écoutes pour savoir si les phrases sont vraies ou fausses (ex.2d).

Slide 13 - Slide

Au travail
Écouter A ex. 4(p.9)
  • Où veux-tu aller en vacances ?
  • Tu veux y aller avec qui ?
  • Quand allez-vous en vacances ?
  • Vous y restez combien de temps ?
Vocabulaire 
j'ai l'intention de - ik heb de intentie om te
j'ai envie de - ik heb zin om
j'aimerais (...) - ik zou graag (...) willen
je compte bien - ik ben van plan om
ça me dirait - het lijkt mij leuk om 

Slide 14 - Slide

Situation 2
Bedenk het gesprek - schrijf het uit in jouw schrift
Je gaat op vakantie in België in een bungalow. Aangekomen op de camping merk je ’s nachts dat het dak jouw bungalow kapot is. Het regent de hele nacht… 
Je belt aan bij de campingbaas om een oplossing te vinden.
een bungalow = un mobil-home

Slide 15 - Slide

Situation 2
Oefen de gesprekken hardop met een klasgenoot
Je gaat op vakantie in België in een bungalow. Aangekomen op de camping merk je ’s nachts dat het dak jouw bungalow kapot is. Het regent de hele nacht… 
Je belt aan bij de campingbaas om een oplossing te vinden.
een bungalow = un mobil-home

Slide 16 - Slide

Situation 2
Oefen met de juf
Je gaat op vakantie in België in een bungalow. Aangekomen op de camping merk je ’s nachts dat het dak jouw bungalow kapot is. Het regent de hele nacht… 
Je belt aan bij de campingbaas om een oplossing te vinden.
een bungalow = un mobil-home

Slide 17 - Slide


Ik kan in het Frans aangeven dat er een probleem is 
en hiervoor een oplossing aandragen.
Evalueer jezelf. Geef jezelf een score van 1 tot 3 sterren.
Ik heb mij goed geconcentreerd.
Het lukt mij om tijdens de voorbereiding de juiste Franse woorden te vinden. 
Het lukt mij om het gesprek dat ik heb opgeschreven ook goed uit te spreken.

Slide 18 - Drag question

Devoirs
Faire: Oefen situatie 2

Apprendre: vocabulaire B F-N

Slide 19 - Slide