This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Ontdek de wereld van muziekinstrumenten!
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Leerdoel
Aan het einde van de les kunnen de leerlingen verschillende muziekinstrumenten benoemen en herkennen.
Slide 2 - Slide
Introduceer het leerdoel van de les aan de leerlingen.
Wat weet jij al over muziekinstrumenten?
Slide 3 - Mind map
This item has no instructions
Wat zijn muziekinstrumenten?
Muziekinstrumenten zijn voorwerpen waarmee je geluid kunt maken. Er zijn veel verschillende soorten muziekinstrumenten.
Slide 4 - Slide
Leg uit wat muziekinstrumenten zijn en waarvoor ze gebruikt worden.
Snaarinstrumenten
Snaarinstrumenten zijn instrumenten waarbij je snaren aanslaat of tokkelt. Voorbeelden zijn de gitaar, viool en harp.
Slide 5 - Slide
Laat plaatjes zien van verschillende snaarinstrumenten en laat de leerlingen de namen van de instrumenten benoemen.
Slaginstrumenten
Slaginstrumenten zijn instrumenten waarbij je erop slaat om geluid te maken. Voorbeelden zijn de trommel, bekkens en xylofoon.
Slide 6 - Slide
Laat plaatjes zien van verschillende slaginstrumenten en laat de leerlingen de namen van de instrumenten benoemen.
Blazers
Blazers zijn instrumenten waarbij je lucht door het instrument blaast om geluid te maken. Voorbeelden zijn de trompet, saxofoon en dwarsfluit.
Slide 7 - Slide
Laat plaatjes zien van verschillende blaasinstrumenten en laat de leerlingen de namen van de instrumenten benoemen.
Toetsinstrumenten
Toetsinstrumenten zijn instrumenten waarbij je met je vingers op toetsen drukt om geluid te maken. Voorbeelden zijn de piano, orgel en keyboard.
Slide 8 - Slide
Laat plaatjes zien van verschillende toetsinstrumenten en laat de leerlingen de namen van de instrumenten benoemen.
Luisteropdracht
Luister naar de muziek en probeer te raden welk muziekinstrument je hoort.
Slide 9 - Slide
Laat de leerlingen naar verschillende muziekfragmenten luisteren en laat ze raden welk instrument er te horen is.
Zelf muziek maken
Laat de leerlingen kennismaken met verschillende instrumenten. Laat ze experimenteren met de instrumenten en zelf muziek maken.
Slide 10 - Slide
Zorg voor verschillende muziekinstrumenten en laat de leerlingen in groepjes experimenteren met de instrumenten.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 11 - Open question
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 12 - Open question
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 13 - Open question
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.