VPRO

Je vervangt een lamp van 60 W door een spaarlamp van 10 W. Stroom kost 24 cent. Wat is je besparing Na 1000 branduren?
1 / 17
next
Slide 1: Open question
VPROMBOStudiejaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Je vervangt een lamp van 60 W door een spaarlamp van 10 W. Stroom kost 24 cent. Wat is je besparing Na 1000 branduren?

Slide 1 - Open question

oplossing = 60-10 = 50 W 
50W x 1000 = 50 kW
50 Kw x 0,24 = 12
Op de jaar afrekening staat dat je 28,8 GJ hebt verbruikt , Hoeveel KWh heb je verbruikt?
A
125
B
800
C
1250
D
8000

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Gj -> Kwh
1 Kwh = energie die een apparaat met een vermogen van 1000W in 1 uur gebruikt
Energie berekenen we in Joules per seconde.
Dus 1 kwh = 1000 joules x 60x60 = 3600000

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Een afwasmachine 3000W programma duurt 45 minuten. Hij word 20 x per maand gebruikt. Wat is het energieverbruik per maand in Joule?

Slide 4 - Open question

E=P*t
3000W * 20*45*60 
E = 162MJ
Een afwasmachine 3000W programma duurt 45 minuten. Hij word 20 x per maand gebruikt. Wat is het energieverbruik per maand in Kwh?

Slide 5 - Open question

E=P*t
3 kW * 15 = 45 kWh
Een verwarmingselement is aangesloten op 230V. Er loopt 15 min een stroom van 12A. Hoeveel energie verbruikt het element?
A
0,35kWh
B
0,69 kWh
C
1,38 kWh
D
2,84 kWh

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Op een groep uit de meterkast sluit je volgende apparaten aan: Koffiezetapparaat 750W, Afwasmachine 2000W, Boormachine 600W en 4 lampen van 60W.
De groep is beveilig met een 16A smeltpatroon. Gaat dit goed?
A
JA
B
NEE

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

P=U*I

P = 230 V * 16A
Maximaal vermogen
P = 3680 W

Alles bij elkaar was 3590W

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Als je 1m3 Aardgas verbrandt komt er 32MJ Warmte vrij. Hoeveel kwh heb je nodig om dezelfde hoeveelheid warmte te leveren?

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Uitwerking
1 Kwh = 3,6 Mj

32 Mj/ 3,6 = 8,9 kWh

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

2 pompen voor 400 V hebben een vermogen van 4 Kw per stuk.
Je sluit ze aan op 200V, hoe groot is het vermogen dat de pompen samen kunnen leveren??
A
1 kW
B
2 kW
C
4 kW
D
8 kW

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

U = 200V ipv 400V
Omdat U normaal in kwadraat is is het vermogen per pomp een kwart. Voor 1 pomp geldt dan P = 1/4 * 4 = 1 kW
Twee pompen leveren dan samen 2 kW
p=RU2

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Wat is de wet van Ohm
A
P=U*I
B
U=I*R
C
P=U^2*R
D
I=T*S

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Elektrische Energie
E = P * t
P = I² * R
E= I² * R * t

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Een kabel heeft een weerstand van 2 Ohm. Door de kabel loopt continu een stroom van 10A gedurende 2 uur. Wat is het energieverlies in kWh?

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Uitleg

Slide 17 - Slide

This item has no instructions