4.3 Goden en wetenschappers

4.3 Goden en wetenschappers 
Leerdoelen:
  • Beschrijven waarom Griekenland een polytheïstische religie kende en enkele voorbeelden van Griekse Goden kunnen noemen.
  • Omschrijven wat mythen zijn en waarvoor zij dienden.
  • Verschillende personen uit de Griekse geschiedenis noemen die een basis hebben gelegd voor onze moderne wetenschap.
1 / 15
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

4.3 Goden en wetenschappers 
Leerdoelen:
  • Beschrijven waarom Griekenland een polytheïstische religie kende en enkele voorbeelden van Griekse Goden kunnen noemen.
  • Omschrijven wat mythen zijn en waarvoor zij dienden.
  • Verschillende personen uit de Griekse geschiedenis noemen die een basis hebben gelegd voor onze moderne wetenschap.

Slide 1 - Slide

Herhaling 4.2: noem een oorzaak en een gevolg van kolonisatie.

Slide 2 - Open question

Polytheïsme & natuurgodsdienst

-meerdere goden 
- Natuurverschijnselen verklaring

Slide 3 - Slide

Leg uit dat een natuurgodsdienst bijna altijd polytheïstisch is

Slide 4 - Open question

Een natuurgodsdienst is bijna altijd polytheïstisch, omdat aanhangers van een natuurgodsdienst geloven dat achter elke natuurkracht een god zit en er bestaan meerdere, verschillende natuurkrachten.

Slide 5 - Slide

4.3.1 Mythologie



    • Verzameling van mythen
    • Verhalen waarin goden, halfgoden, helden en wezens een rol spelen
    • De Griekse mythen werden mondeling doorgegeven als lessen voor het leven
    • Een mythe is NIET echt
    • Mythes verklaren dingen die de Grieken niet begrijpen; onweer, ziekte
    • Goden bepalen het dagelijks leven
    • Om goden tevreden te houden wordt er geofferd in tempels 

    Slide 6 - Slide

    Talloze mythen
    • Doorverteld van generatie op generatie. 
    • Boodschap: niet tegen de wil van Goden ingaan!
    • Deed je dat wel, dan liep het slecht met je af.
    # Ken twee goden bij naam en weet wat over hen te vertellen.

    Slide 7 - Slide

    De Goden
    • De Grieken geloofden dat de Goden boven op de berg Olympus woonden
    • Daar leefden alle Goden als een familie bij elkaar. Goden hebben menselijke eigenschappen. 
    • Oppergod was Zeus.
           - Hij regeerde samen met zijn broers Hades en Poseidon
    • Ook waren er halfgoden
           - Kinderen van Goden en niet-Goden
           - Herakles (Hercules)


    Slide 8 - Slide

    4.3.2 Filosofen en wijsheid
    Mythen van andere volken in kolonies waren anders. Hoe kan dat?
    Een groep mensen ging dus op zoek naar kennis over het ontstaan van de mensheid (los van de goden). Zij werden filosofen genoemd. Fillos betekent wijsheid. 



    Slide 9 - Slide

    Socrates
     Hij probeerde door vragen te stellen en diep na te denken meer wijsheid te krijgen. Socrates vertelde iedereen ook dat hij niet meer in de goden van Athene geloofde. Hij kreeg daarom de doodstraf door middel van de gifbeker. Eén van de bekendste leerlingen van Socrates is Plato. 
    Plato:
    Aristoteles

    Slide 10 - Slide

    Plato
    was niet alleen een filosoof, maar ook een wijs schrijver. Hij schreef dialogen. Dat zijn gesprekken tussen mensen die op zoek zijn naar wijsheid.

    Slide 11 - Slide

    Aristoteles
    Ook de wis- en natuurkundige Aristoteles wordt gezien als één van de grondleggers van de filosofie. Verschillende filosofen, zoals Aristoteles en Plato, begonnen scholen waar mensen konden leren filosoferen. Een school, gesticht door een filosoof, wordt ook wel een academie genoemd.

    Slide 12 - Slide

    4.3.3 Wetenschappers en onderzoek
    •  Wetenschappers gingen nog een stap verder. Ze stelden zichzelf niet alleen vragen, maar gingen ook op onderzoek uit om antwoorden te vinden. Dit is het begin van de wetenschap.
    • Ze deden bijvoorbeeld experimenten op het menselijk lichaam. 
    • Ontstaan van wiskunde, natuurkunde en geneeskunde. 

    Slide 13 - Slide

    Opdracht in expertgroepjes
    DEEL 1
    1. Je zit in een groepje van 3 personen met hetzelfde cijfer.
    2. Van je docent hoor je welke informatie je moet opzoeken:
      2 goden OF 2 filosofen OF 2 wetenschappers. LET OP: je zoekt dus met z'n drieën samen informatie over de twee personen. 
    3. Jullie moeten alle drie de informatie in je eigen schrift opschrijven om het later in een ander groepje te kunnen delen.  

    Slide 14 - Slide

    Opdracht in expertgroepjes
    DEEL 2
    1. Je zit nu in een groepje van 3 personen met allemaal dezelfde letter. 
    2. Jullie hebben allemaal andere informatie opgezocht die je nu met elkaar gaat delen. 
    3. Zorg dat je allemaal de informatie van de ander opschrijft. 

    Slide 15 - Slide