9a : Lees de vragen en kies de goede ontkenning.
9b : Herschrijf de zinnen met de ontkenning tussen de haakjes.
10a : Lees de vragen en kies de bezittelijke voornaamwoorden, de bijwoorden en / of de tijdsbepalingen die veranderd moeten worden om een antwoord te schrijven.
10b : Schrijf een antwoord met de ontkenning tussen de haakjes