ACTIVITEIT 1: VERKENNING VAN HET THEMA (LISA)

activiteit 1: verkenning thema
1 / 6
next
Slide 1: Slide
WOLager onderwijs

This lesson contains 6 slides, with text slides.

Items in this lesson

activiteit 1: verkenning thema

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

In deze activiteit leren we het nieuwe thema
In deze activiteit leren we het nieuwe thema 'Duik in het verleden' kennen. 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Een stukje uit het dagboek van Anne Frank: 
"Ik zal, hoop ik, aan jou alles kunnen toevertrouwen, zoals ik het nog nooit aan niemand gekund heb. Ik hoop dat je een grote steun voor me zal zijn."

Slide 3 - Slide

• Wie kent Anne Frank?
Anne Frank was een Joods meisje dat in Amsterdam woonde, in
Nederland. In 1940 begon de Tweede Wereldoorlog. Hitler startte de
Jodenvervolging. Duitse soldaten vernielden joodse winkels en synagogen.
Joden werden opgepakt in hun huizen of op straat en naar kampen
gebracht. Velen gingen er dood omdat ze amper eten en drinken kregen.
Duizenden Joden werden er vermoord. Alle Joden moesten een ster
dragen, de kinderen mochten alleen naar Joodse scholen gaan. Anne
kreeg het dagboek cadeau voor haar dertiende verjaardag. Ze begon er
meteen in te schrijven.
• Waarom schrijft Anne dat ze hoopt dat haar dagboek een grote steun
zal zijn? (Ze is bang voor wat er met haar en haar familie zal gebeuren;
haar dagboek wordt een vriendin).
• Waarom werd het dagboek wereldberoemd? (Het vertelt over het leven
tijdens de oorlog. Daardoor weten we hoe de mensen toen
ondergedoken leefden.)

Slide 4 - Slide

De leerlingen bekijken de foto’s van historische bronnen op de
introductiebladzijde.
• Welke historische bronnen herkennen jullie? (een kerk, een schilderij,
een boek, een standbeeld, een fossiel, een gebouw, een grot, een
begraafplaats)

TIP!
• Je kunt zelf ook een stukje
voorlezen uit een (fictief)
dagboek (van jezelf als kind of
van nu).
• Je kunt ook werken met enkele
bestaande dagboeken en
daaruit een stukje voorlezen.
KERN 15
TIP!
Laat het dagboek van Anne Frank
in de themahoek liggen, zodat de
leerlingen er stukjes in kunnen
lezen. Er bestaat ook een
kinderversie van het boek: 'Kleine
helden - Anne Frank' van Maria
Cecilia Cavallone.
werkbundel p. 4-5
LESVERLOOP
13
Leg uit dat bronnen geschreven of ongeschreven kunnen zijn. Geschreven
bronnen zijn stukjes tekst uit het verleden. De schrijver vertelt zijn eigen
verhaal van wat er toen is gebeurd. Dat is niet altijd zoals het ook echt
gebeurd is. Een ongeschreven bron bevat geen tekst: een beeld, een
schilderij, een fossiel, een foto, een gebouw …
• Waarom is het belangrijk dat we weten hoe het vroeger was?
(mogelijke antwoorden: om meer te leren over onze geschiedenis, over
onze grootouders, over hoe de mensen vroeger leefden, om niet meer
dezelfde fouten te maken als vroeger …)
Bespreek met de leerlingen wat ze graag willen leren of ontdekken over
het verleden.
Vul samen met de leerlingen het kader ‘Wat weet je al over dit thema?’
aan.
Lees de denkvraag. De leerlingen hoeven ze nu nog niet te beantwoorden.
Vertel dat alles tijdens het thema duidelijk zal worden.
Ik kan informatie opzoeken in boeken en
teksten.
Ik wil nieuwe dingen ontdekken.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

Vertel dat de leerlingen een dagboek zullen schrijven, net als Anne Frank.
Op het einde van elke activiteit krijgen ze tijd om een stukje over de
activiteit te schrijven.
Overloop enkele afspraken.
• Je mag je dagboek een naam geven (in 1943 schreef Anne Frank ‘Lieve
Kitty’).
• Je maakt goede zinnen. Denk aan leestekens en hoofdletters.
• Je mag kleine tekeningen maken.
Leg uit dat het dagboek een goed overzicht zal geven van alles wat de
leerlingen geleerd hebben.