BS 2 De huid en het onderhuidse bindweefsel

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, g
• Leerjaar 4

De huid

De huid

Thema 13  Gaswisseling en uitscheiding

BS 2  De huid en het onderhuidse bindweefsel

Leerdoelen BS 2:

• Je kunt de delen van de huid en van het onderhuidse bindweefsel noemen met hun kenmerken en functies

• Je kunt beschrijven hoe de lichaamstemperatuur min of meer constant wordt gehouden
  

Taken van de huid

1 Bescherming tegen invloeden van buitenaf:

• Beschadiging
• Infectie/ Ziekteverwekkers
• Ultraviolette straling (UV-straling)

2 Huid gaat waterverlies door verdamping tegen, om uitdroging te voorkomen

Delen van de huid

Opperhuid: 

hoornlaag & kiemlaag

• bevatten geen bloedvaten
  

Delen van de huid

Hoornlaag: =dode verhoornde cel resten.

bescherming tegen beschadiging, uitdroging en ziekte verwekkers.

Eelt: een erg dikke hoornlaag waar veel wrijving is (voetzool).

 

Delen van de huid

Kiemlaag: (levende cellen): de onderste laag cellen deelt zich steeds. 

Hierdoor wordt de afslijtende hoornlaag aangevuld.

Kiemlaagcellen krijgen zuurstof/voeding van weefselvloeistof uit lederhuid.

Bevat pigment: beschermt tegen uv-straling
 

Pigment (= donkere kleurstof)

Pigmentcellen maken pigment. Hoe meer pigment de cellen hebben des te donkerder is de huid

Delen van de huid

Haar met talgkliertje.

Talg is vettige stof die haar en hoornlaag soepel houden.

Haar zit in haarzakje. Haarzakjes zijn uitstulpingen van kiemlaag tot in lederhuid.

Delen van de huid

In de Lederhuid liggen bloedvaten, zintuigen en uitlopers van zenuwcellen.

Aan de haarzakjes zitten haarspiertjes vast. Als deze samentrekken gaan de haartjes overeind staan.

Delen van de huid

Zweetklieren in de lederhuid: produceren zweet.

• Het zweet komt uit de poriën op de huid.
  
• Door verdamping van zweet koelt het lichaam af.
  

Delen van de huid

Onderhuids bindweefsel:

• Hierin ligt vet opgeslagen
  
• Vet dient als reservestof en heeft een warmte-isolerende werking.

Regeling lichaamstemperatuur:

• Constante lichaamstemperatuur (37graden) door balans tussen warmteproductie en warmte afgifte.

• Warmte productie: verbranding 
• Warmte afgifte: via bloedvaten  en zweet
  

Bescherming tegen stijging:

• Bloedvaten in je huid worden wijder
  
• De huid wordt roder
  
• Zweetklieren produceren meer zweet
  

Bescherming tegen daling:

• Bloedvaten in je huid worden nauwer
  
• Huid wordt bleker
  
• Zweetklieren produceren minder zweet
  
• Warmteproductie door verbranding neemt toe (rillen / klappertanden)
  

Aan het werk:

Lezen BS 2 en maken opdrachten 1, 2, 4, 6,