Voortplanting klas 2 KGT proefwerk

Oefentoets 
Thema 4: voortplanting
1 / 38
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, k, tLeerjaar 2

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Oefentoets 
Thema 4: voortplanting

Slide 1 - Slide

Is geslachtsgemeenschap een ander woord voor bevruchting?
A
Ja
B
Nee

Slide 2 - Quiz

Kan een zwangere vrouw ongesteld worden?
A
Ja
B
Nee

Slide 3 - Quiz

Kan er bij de vrouw in de eileiders een onbevruchte eicel aangetroffen worden?
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quiz

Wat betekent seropositief?
A
Dat iemand ziek is door een HIV- besmetting
B
Dat iemand ziek is van HIV maar niet besmettelijk is
C
Dat iemand besmet is met HIV maar nog niet ziek is.

Slide 5 - Quiz

Hoe noem je het als een jonge zelf voor een orgasme zorgt?
A
Erectie
B
Masturbatie
C
Geslachtsgemeenschap

Slide 6 - Quiz

Waar ontstaan zaadcellen?
A
Bijbal
B
Teelbal
C
Prostaat

Slide 7 - Quiz

Noem een primair geslachtskenmerk bij een man

Slide 8 - Open question

Noem een secundair geslachtskenmerk bij een vrouw

Slide 9 - Open question

Hoe heet onderdeel 6?
A
Plasbuis
B
Anus
C
Vagina
D
Clitoris

Slide 10 - Quiz

Hoe heet onderdeel 8?
A
Plasbuis
B
Anus
C
Vagina
D
Clitoris

Slide 11 - Quiz

Wat is de functie van de clitoris bij de vrouw?

Slide 12 - Open question

Hoe heet deel 1?
A
Eierstok
B
Eileider
C
baarmoedermond
D
Vagina

Slide 13 - Quiz

Hoe heet deel 3?
A
Eierstok
B
Eileider
C
Baarmoedermond
D
Vagina

Slide 14 - Quiz

Hoe heet onderdeel 2?
A
Eierstok
B
Eileider
C
Baarmoedermond
D
Vagina

Slide 15 - Quiz

Wanneer begint de zwangerschap bij een vrouw? Leg uit!!

Slide 16 - Open question

Hoe heet onderdeel 1?
A
Zaadbuis
B
Plasbuis
C
Zaadleider
D
Zaadbal

Slide 17 - Quiz

Hoe heet deel 2?
A
Zaadbuis
B
Plasbuis
C
Zaadleider
D
Zaadbal

Slide 18 - Quiz

Hoe heet deel 3?
A
Zaadbuis
B
Plasbuis
C
Zaadleider
D
Zaadbal

Slide 19 - Quiz

Als de man opgewonden raakt kan de penis stijf worden: hoe heet dat?

Slide 20 - Open question

Wat is een zaadlozing?

Slide 21 - Open question

Hoe heet deel 4?
A
Eierstok
B
Eileider
C
Baarmoedermond
D
Vagina

Slide 22 - Quiz

Als de man opgewonden raakt kan de penis stijf worden: hoe komt dat?

Slide 23 - Open question

Noem iets dat lichamelijk verandert bij een vrouw als zij opgewonden raakt.

Slide 24 - Open question

Waar in het lichaam van de vrouw kan de bevruchting plaatsvinden?
A
in de eierstok
B
in de eileider
C
in de baarmoeder
D
in alle drie kan het wel gebeuren

Slide 25 - Quiz

Waar in het lichaam van de vrouw vindt innesteling normaal gesproken plaats?
A
in de eileider
B
in de vagina
C
in de placenta
D
in de baarmoeder

Slide 26 - Quiz

Hoe lang duurt een normale menstruatiecyclus?
A
28 dagen
B
26 dagen
C
30 dagen
D
9 maanden

Slide 27 - Quiz

Geef een andere naam voor: ovulatie

Slide 28 - Open question

Soms heeft iemand het gevoel in een verkeerd lichaam te zijn geboren: hoe wordt dit genoemd?
A
homoseksueel
B
homofoob
C
travestiet
D
transgender

Slide 29 - Quiz

Wanneer vindt bevruchting plaats?
A
als de man in de vagina een zaadlozing krijgt
B
als de zaadcel in de eicel binnendringt
C
als de eicel zich gaat delen
D
als de zaadcellen bij de eicel komen

Slide 30 - Quiz

Wat is de beste manier om SOA te voorkomen?
A
de pil slikken
B
een spiraaltje laten plaatsen
C
een condoom gebruiken
D
periodieke onthouding

Slide 31 - Quiz

Komen bij vrouwen iedere maand meerdere eicellen vrij?
A
Ja
B
Nee

Slide 32 - Quiz

In de morning-after pil zitten er meer hormonen dan in een normale pil
A
Ja
B
Nee

Slide 33 - Quiz

Wat is de functie van de prostaat?
A
Toevoegen van vocht aan de zaadcellen
B
Toevoegen van zaadcellen
C
Toevoegen van urine
D
Toevoegen van sperma

Slide 34 - Quiz

Wanneer is een vrouw het meest vruchtbaar?
A
Vlak na de menstruatie
B
Vlak voor de menstruatie
C
Vlak na de eisprong
D
Vlak voor de eisprong

Slide 35 - Quiz

Wordt het slijmvlies van de baarmoeder tijdens de menstruatie dikker?
A
ja, tijdens de menstruatie
B
nee, na de menstruatie

Slide 36 - Quiz

Waarvoor dient de opbouw van het baarmoederslijmvlies?
A
Om bevruchting mogelijk te maken
B
Om innesteling mogelijk te maken
C
Om menstruatie mogelijk te maken

Slide 37 - Quiz


Een vrouw kan tot de 24ste week van de zwangerschap een abortus ondergaan.
A
juist
B
onjuist
C
nee, alleen de morning-afterpil is dan nog te gebruiken
D
nee, alleen het spiraaltje is dan nog te gebruiken

Slide 38 - Quiz