Spelling

Spelling 
Moeilijkheden:
* Hoofdletters
* -heid en -teit
* -age, -oge en -ege
* - iaal, -ieel, -ueel 
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsBasisschoolGroep 8

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Spelling 
Moeilijkheden:
* Hoofdletters
* -heid en -teit
* -age, -oge en -ege
* - iaal, -ieel, -ueel 

Slide 1 - Slide

Bedenk woorden met
-iaal, -ieel, - ueel.

Slide 2 - Mind map

Vul het goede achtervoegsel in:
Als iets heel mooi is heeft het
A
schoonheid
B
schoonhijd
C
schoontijd
D
schoonheit

Slide 3 - Quiz

Vul het goede achtervoegsel in:
Als je een tiener bent zit je in de

A
pubertijd
B
puberteit
C
puberteid
D
pubertijt

Slide 4 - Quiz

Vul het goede achtervoegsel in:
Apparaten werken vaak op

A
elektricitijd
B
elektricitijt
C
elektriciteid
D
elektriciteit

Slide 5 - Quiz

Vul het goede achtervoegsel in:
Als je iets goed kan dan heb
je er .......... in
A
handigheit
B
handigheid
C
handighijt
D
handighijd

Slide 6 - Quiz

Vul het goede achtervoegsel in:
'Alle ........ op een stokje' betekend: Laten we het serieus aanpakken.
A
gekheid
B
gektijd
C
gekhijd
D
gekteit

Slide 7 - Quiz

Vul het goede achtervoegsel in:
De koning spreek je aan met......

A
majesheid
B
majesteit
C
Majesheid
D
Majesteit

Slide 8 - Quiz

Vul in wanneer een woord een hoofdletter krijgt.
Er zijn 5 regels.

Slide 9 - Open question

Maak een bijvoeglijk naamwoord van de volgende woorden:
financieel

Slide 10 - Open question

Maak een bijvoeglijk naamwoord van de volgende woorden:
cruciaal

Slide 11 - Open question

Maak een bijvoeglijk naamwoord van de volgende woorden:
speciaal

Slide 12 - Open question

Maak een bijvoeglijk naamwoord van de volgende woorden:
actueel

Slide 13 - Open question

Schrijf woorden met
-oge, age,- ege

Slide 14 - Mind map