What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
werkwoord SER (zijn), ESTAR cap 2
Doel van de les
werkwoorden SER + ESTAR
1. Werkwoorden Ser + Estar
2. Voorzetsels gebruiken met Estar
3. Maak Bron D 12 + 13 + 14a (zelfstandig) pág. 39-40
4. Maken Bron D 14b + 15 (samen)
5. Oefenen woordjes 2.1 bron A en B in quizlet
1 / 19
next
Slide 1:
Slide
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Doel van de les
werkwoorden SER + ESTAR
1. Werkwoorden Ser + Estar
2. Voorzetsels gebruiken met Estar
3. Maak Bron D 12 + 13 + 14a (zelfstandig) pág. 39-40
4. Maken Bron D 14b + 15 (samen)
5. Oefenen woordjes 2.1 bron A en B in quizlet
Slide 1 - Slide
yo
tú
él, ella, usted
nosotros
vosotros
ellos, ellas, ustedes
Het
onregelmatige
werkwoord SER
soy
eres
es
somos
sois
son
ser = zijn
Slide 2 - Slide
SER = ZIJN
SOY
ERES
ES
ÉL
TÚ
YO
Slide 3 - Drag question
kies de juiste vorm van het werkwoord SER:
Yo ..... Miriam
A
soy
B
es
C
sois
D
eres
Slide 4 - Quiz
Kies de juiste vorm van het werkwoord SER:
Nosotros ..... de Francía
A
sois
B
son
C
somos
D
eres
Slide 5 - Quiz
Paco ..... muy alto.
A
somos
B
sois
C
eres
D
es
Slide 6 - Quiz
Mis abuelos .... madrileños.
A
es
B
somos
C
son
D
sois
Slide 7 - Quiz
Vosotros ... inteligentes.
A
eres
B
es
C
sois
D
somos
Slide 8 - Quiz
werkwoord ESTAR = zijn/zich bevinden
Je gebruikt ESTAR als je wilt zeggen waar iets of iemand is
Wij zijn in lokaal 107 = Estamos in el aula cientosiete
Slide 9 - Slide
yo
tú
él, ella, usted
nosotros
vosotros
ellos, ellas, ustedes
Het
onregelmatige
werkwoord ESTAR
estoy = ik ben
estás = jij bent
está = hij/zij/u bent
estamos = wij zijn
estáis = jullie zijn
están = zij zijn,
u bent (mv)
Estar = zijn
Slide 10 - Slide
ESTAR = ZICH BEVINDEN
ESTOY
ESTÁS
ESTÁ
ÉL
TÚ
YO
Slide 11 - Drag question
¿Dónde ........ mi móvil?
A
estoy
B
estamos
C
está
D
estás
Slide 12 - Quiz
Ámsterdam ................... en el norte de Holanda.
A
estamos
B
estoy
C
está
D
estáis
Slide 13 - Quiz
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Hay = er is of er zijn
Hay 28 alumnos en la clase
Er zijn 28 leerlingen in de klas
Hay un libro en la mesa
Er is een boek op de tafel
Slide 18 - Slide
Bron D
Hacer bron D ejercicios 12 + 13 + 14 + 15 pág. 39 hasta 41
timer
25:00
Slide 19 - Slide
More lessons like this
Les 1 - Toets Capitulo 5 Derde klas
October 2024
- Lesson with
33 slides
Spaans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4
Capítulo 6 - LES 3 Havo/vwo 2
October 2024
- Lesson with
20 slides
Spaans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4
Capítulo 6 - LES 2 Havo/vwo 2
March 2024
- Lesson with
24 slides
Spaans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4
Capítulo 6 - LES 2 Havo/vwo 2
October 2024
- Lesson with
26 slides
Spaans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4
week 7: werkwoorden
February 2022
- Lesson with
33 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Capítulo 6 - les toets gram y voc mavo 2
April 2024
- Lesson with
24 slides
Spaans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4
LES 6 - Capitulo 2 Brugklas
November 2023
- Lesson with
14 slides
Spaans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4
LES 6 - Capitulo 2 Brugklas
October 2024
- Lesson with
14 slides
Spaans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4