Spelling Blok 6 TL Leerjaar 2

Spelling Blok 6 TL
Doelen: 
  • Je hebt de lesstof van blok 1 t/m 5 herhaald
  • Je kunt woorden die je op verschillende manieren kunt schrijven correct spellen



1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Spelling Blok 6 TL
Doelen: 
  • Je hebt de lesstof van blok 1 t/m 5 herhaald
  • Je kunt woorden die je op verschillende manieren kunt schrijven correct spellen



Slide 1 - Slide

Wat is ook alweer de regel bij de pv in de tt (hoe schrijf je deze)?

Slide 2 - Open question

Hoe werkt de regel van 't Kofschip?

Slide 3 - Open question

Slide 4 - Slide

Meervoudsvormen
Enkele, sommige, vele, beide, alle, andere, meeste, aanwezige, laatste

Wanneer -E? Wanneer -EN? 

Slide 5 - Slide

Zoek de functie van het woord.
enkele, sommige, vele enz. kunnen: 
1. Zelfstandig worden gebruikt. Personen krijgen dan -EN en dieren en dingen -E als uitgang.
Velen waren aanwezig op het feest. Wie waren aanwezig op het feest? velen (persoon)
De meeste hebben een glanzende vacht. Wie hebben een glanzende vacht? De meeste (dier)
2. Bijvoeglijk worden gebruikt. Het woord (enkele, sommige enz.) staat dan voor een zelfstandig naamwoord.  Zowel personen als dieren en dingen krijgen -E als uitgang.
De vele fietsers zorgden voor grote drukte.  Beide gedichten zijn prachtig. 
3.  Een verwijzing zijn naar personen of dingen/dieren die eerder in de zin of in een vorige zin zijn genoemd. De uitgang is dan -E. 
Vele vrienden waren aanwezig op het feest, sommige (vrienden) waren verkleed.
! Echter beide en alle krijgen in deze situatie altijd -EN als uitgang. (allen waren verkleed)
! Echter telwoorden krijgen altijd -EN als uitgang. (duizenden waren verkleed)
 


Slide 6 - Slide

1. Het huis van de buren staat te koop. Er zullen dus op termijn andere/anderen bewoners komen. 

Slide 7 - Slide

1. Het huis van de buren staat te koop. Er zullen dus op termijn andere/anderen bewoners komen. 
Checklist: zelfstandig wie wat? bijvoeglijk? verwijzing? 
-Andere(n) staat voor een zelfstandig naamwoord (bewoners)    -Andere(n) wordt dus bijvoeglijk gebruikt 
-Zowel personen als dieren en dingen krijgen dan  -E als uitgang
1. Het huis van de buren staat te koop. Er zullen dus op termijn andere bewoners komen. 

Slide 8 - Slide

2. Mijn nieuwe auto moet zuiniger zijn dan die van andere/anderen.

Slide 9 - Slide

2. Mijn nieuwe auto moet zuiniger zijn dan die van andere/anderen.
Checklist: zelfstandig wie wat? bijvoeglijk? verwijzing? 
-Er staat geen woord in de zin waar andere(n) naar verwijst
-Andere(n) wordt zelfstandig gebruikt en gaat over personen      -Personen krijgen dan -EN als uitgang

2. Mijn nieuwe auto moet zuiniger zijn dan die van anderen.

Slide 10 - Slide

3. De directeur sprak de twee werknemers toe: 'Deze mededeling is voor jullie beide/beiden.'

Slide 11 - Slide

3. De directeur sprak de twee werknemers toe: 'Deze mededeling is voor jullie beide/beiden.'
Checklist: zelfstandig wie wat? bijvoeglijk? verwijzing? 
-Voor wie is de mededeling? 
-Er staat geen woord in de zin dat na beide(n) kan worden gezet
-Beide(n) wordt zelfstandig gebruikt en gaat over personen 
 -Personen krijgen dan -EN als uitgang
3. De directeur sprak de twee werknemers toe: 'Deze mededeling is voor jullie beiden.'

Slide 12 - Slide

Aan de slag: 
Maak de opdrachten die klaar staan in het digitaal lesmateriaal.

Klaar? 
Alles af van de vorige les? (Fictie)

Bijspijkeren Spelling

Slide 13 - Slide