Poolgebieden

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

In het poolgebied is het altijd koud. 

Hoe komt dat? 

Waar wonen de bewoners van het poolgebied?

Week planning

Vandaag  

- Uitleg/ Intro P3. 

- 

Leervraag: 

Waar liggen toendra's en ijsvlakten en waarom daar?

Toendra

- Gebieden waar het in de zomer kouder is dan 10 graden kunnen geen bomen groeien.  --> Toendra

- Boomloos gebied met alleen grassen. 

- Hele jaar koud. Dieper in de grond de aarde het hele jaar bevroren -->

Permafrost 

Isotherm = = lijn van ongeveer gelijke temperatuur. 

(iso= gelijk thermos=warmte). 

Taiga: in de zomer boven de 10 graden. Bomen kunnen hier groeien. (naaldbomen)

Hoe zit het met Groenland?

Breedteligging

B48: Breedteligging en temperatuur

De zon is een ‘kachel’ die de aarde verwarmt. Maar de zon geeft niet overal op aarde evenveel warmte af. De breedteligging van een plaats is van grote invloed op de temperatuur. Op hoge breedte, dus in de poolstreken, is het koud. Op lage breedte, dus in de tropen, is het warm. Die temperatuurverschillen hebben twee oorzaken.

1. Verwarmen van de grote van het aardoppervlak,
2. Afstand die de zonnestralen afleggen door de dampkring

Wat valt op?

Warmer of kouder dan 10 graden?

conclusie?

Vandaag

Maken werkboek opdracht: 

1,2,3,4,5

Volgende les

Maken werkboek opdracht: 

6,7,9

nakijken. 

- Wat zijn kenmerken van een Toendra?

- Wat kun je zeggen over de bevolkingsdichtheid in de poolstreken?

leerdoelen:

Poolgebieden

hoe zat het ook alweer?

- Wat geeft de rode lijn aan?

- verschil tussen Taiga en Troendra ?

Landijs: Samengeperst sneeuw.

Zeeijs: bevroren zeewater.  Bestaat vaak uit aan elkaar gevroren ijsschotsen.

Wat valt op?

Warmer of kouder dan 10 graden?

conclusie?

Basisboek nummers

B48: Breedteligging en temperatuur 

B49: luchtstreken 

B86: naaldbos /Taiga 

Breedteligging

48: Breedteligging en temperatuur

De zon is een ‘kachel’ die de aarde verwarmt. Maar de zon geeft niet overal op aarde evenveel warmte af. De breedteligging van een plaats is van grote invloed op de temperatuur. Op hoge breedte, dus in de poolstreken, is het koud. Op lage breedte, dus in de tropen, is het warm. Die temperatuurverschillen hebben twee oorzaken.

1. Verwarmen van de grote van het aardoppervlak,
2. Afstand die de zonnestralen afleggen door de dampkring

B: 49 luchtstreken

Luchtstreken op basis van breedteligging:    wiskundige begrenzing

• Tropische luchtstreek
  
  
• Gematigde luchtstreek
  
  
• Polaire luchtstreek

   

B49: Luchtstreken

Thermische begrenzing:

Je kunt de aardbol indelen in zones die te maken hebben met de temperatuur. Die temperatuurzones op aarde noem je de luchtstreken.

Donderdag

Maken werkboek opdracht: 

Vandaag

Maken werkboek opdracht: 

4,5,6,7,9

Volgende les: nakijken & herhalen.