This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Welkom
Jas uit
Telefoon in de tas
Leg een pen/potlood klaar
Ga rustig zitten.
Slide 1 - Slide
Overzicht van de les
Wie is er wel en wie niet?
Hoe is het met je?
Verwachtingen
Lesdoel
Voorspellen
Filmpje
Woordenschat
Lezen en aan de slag
Quiz en afsluiting
Slide 2 - Slide
Verwachtingen
Tijdens de les:
Luister je stil mee tijdens de instructie;
Werken we rustig alleen of samen;
Doe je actief mee;
Ben je verantwoordelijk voor je eigen gedrag;
Mag je altijdom hulp vragen als het even niet lukt.
Slide 3 - Slide
Lesdoel
Ik kan:
De tekst voorspellen.
De tekst actief lezen.
Woorden clusteren
Ik weet:
iets over griep en de griepepidemie: wat is griep,
wanneer er sprake is van een griepepidemie,
hoe het griepvirus zich verspreidt
hoe je griep kan voorkomen?
Slide 4 - Slide
Voorspellen
We voorspellen waar de tekst over gaat. We kijken naar:
De titel
De tussenkopjes
De afbeeldingen.
Wat weet je al over dit onderwerp?
Slide 5 - Slide
Jeugdjournaal
We kijken naar het filmpje van het Jeugdjournaal.
Slide 6 - Slide
Woordenschat
Hoe rijker je woordenschat
Hoe makkelijker je kan
meekomen in de wereld.
Slide 7 - Slide
Lezen
Lees zelfstandig de tekst
Je leest zelf de tekst en onderstreept moeilijke woorden en belangrijke stukjes.
Slide 8 - Slide
Aan de slag
In groepjes van 3
Sleutelvragen uitgebreid beantwoorden
Begrippen clusteren: • per cluster min. 2, max. 5 begrippen • leg het verband uit • het verband moet in de tekst staan of kloppen met de informatie in de tekst
Vragen stellen kan als ik bij je langskom! Zachtjes werken!
Slide 9 - Slide
Quiz
We spelen de quiz in Nieuwsbegrip.
Slide 10 - Slide
Wat is een epidemie?
A
Als iemand een klein beetje ziek is
B
Iemand die ziek is
C
Als je hoge koorts hebt
D
Als een ziekte plotseling meer voorkomt dan daarvoor
Slide 11 - Quiz
Welke mensen kunnen een griepprik krijgen?
A
Iedereen
B
Mensen die ook een andere ziekte hebben
C
Mensen boven de 60 jaar
D
Huisdieren
Slide 12 - Quiz
Wat gebeurt er als je griep hebt?
A
Dan moet je veel huilen
B
Je krijgt dan vaak
koorts, hoofdpijn en spierpijn.
C
Dan is het beschermlaagje van je
keel en longen, het
slijmvlies, ontstoken
D
Dan voel je je niet zo lekker maar je kan wel naar school
Slide 13 - Quiz
Wat bedoelen we als we zeggen dat de griepepidemie lijkt te zijn begonnen?