Rhodopsine valt uiteen in retinal en opsine als er licht op valt.
Signaalcascade (waterval) -> Na+ poorten
sluiten -> hyperpolarisatie -> hoeveelheid
neurotransmitter daalt.
Lage prikkeldrempel -> er is maar weinig
licht nodig om rhodopsine uiteen te laten vallen.
Slide 8 - Slide
https:
Slide 9 - Link
Staafjes - rhodopsine
Na belichting wordt rhodopsine weer terug-
gevormd en kan het staafje weer opnieuw
belicht worden.
Nachtblindheid: terugvorming rhodopsine is
verstoord - duurt langer.
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
verdeling staafjes en kegeltjes
Slide 13 - Slide
Welke beweringen kloppen?
A
Op de blinde vlek zitten alleen maar staafjes.
B
Op de gele vlek zitten alleen maar kegeltjes.
C
Op de blinde vlek zitten geen staafjes en geen kegeltjes.
D
Op de gele vlek zitten alleen maar gele kegeltjes.
Slide 14 - Quiz
Verdeling staafjes en kegeltjes
Slide 15 - Slide
drie typen kegeltjes, 27A2
Slide 16 - Slide
Welke kegeltjes worden geprikkeld bij het zien van de kleur geel?
A
De gele kegeltjes
B
De gele en groene kegeltjes
C
De groene, rode en blauwe kegeltjes
D
De rode en groene kegeltjes
Slide 17 - Quiz
Licht
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Kleurenblindheid
Slide 20 - Slide
Welk type zenuwcel heeft de laagste drempelwaarde: Staafjes of Kegeltjes
A
Staafjes
B
Kegeltjes
Slide 21 - Quiz
Stereoscopie
De impulsen worden via je oogzenuw naar het gezichtscentrum in de hersenen geleidt.
De oogzenuwen van beide ogen kruisen elkaar midden in de hersenen. Dit noemen we het optisch chiasma.
De informatie van je rechteroog gaat naar je linkergezichtscentrum en vice versa
Omdat je 2 ogen hebt krijgen je hersenen 2 verschillende beelden binnen
Slide 22 - Slide
Accomodatie reflex - licht wordt gefocussed op het netvlies
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Video
Even twee oefeningen over de bouw van het oog
Slide 25 - Slide
https:
Slide 26 - Link
https:
Slide 27 - Link
En nog een uitlegvideo over de pupilreflex, accomoderen, oogafwijkingen en stereoscopie
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Video
Diepte zien
Diepte kun je zien doordat je met beide ogen vanuit een iets andere hoek naar een voorwerp kijkt. Daardoor is de projectie op je netvlies iets anders, wat in de hersenen verwerkt wordt tot één beeld, met verwerkt informatie over diepte en afstand.
Slide 30 - Slide
Optisch chiasma, 87C4
Slide 31 - Slide
Vorige onderwerpen begrepen?
Even een paar kleine oefeningen...
Slide 32 - Slide
https:
Slide 33 - Link
https:
Slide 34 - Link
https:
Slide 35 - Link
Je kijkt naar een auto die steeds dichterbij komt. Wat gebeurt er met de accomodatie spier?
A
deze ontspant en wordt dikker
B
deze spant aan en wordt dikker
C
deze ontspant en wordt langer
D
deze ontspant en wordt dikker
Slide 36 - Quiz
bijziend of verziend
Slide 37 - Slide
https:
Slide 38 - Link
Nog wat vragen uit oude examens:
Slide 39 - Slide
https:
Slide 40 - Link
Voor de geïnteresseerden...
2 filmpjes over een staaroperatie
Bekijk eerst het tweede filmpje en wanneer je het in het echt wil zien pas het eerste filmpje...
Slide 41 - Slide
https:
Slide 42 - Link
En nog 2 filmpjes over ooglaseren
Ook hier geldt, bekijk eerst het animatiefilmpje voordat je besluit om een filmpje van een echte ooglasering te bekijken...