Opdracht 7
1. broden, bakken
2. sloten, schuren
3. smalle, straten, zaken
4. voetballer, leren, ballen
5. zwemmen, zonnen
6. abonnement, bioscoopbonnen
7. kapper, dames, heren
8. appels, tomaten, peren
9. verkopen, boeken
10. voorspelling, hemel
Opdracht 8.
1. getallen, controleren
2. sommige, irritant
3. bloembakken, rozen
4. gelukkig, gezellig
5. rode, witte
6. intelligent, indrukwekkend
7. interessant. belangstelling
8. wellicht, dagelijks
9. hopelijk, droge, natte
10. politie, voortdurend, gaten