Wereldoriëntatie 5/6 - Begrijpend lezen - Mode

• Begrijpend lezen
• Basisschool
• Groep 5,6

Introduction

Digibordles

Begrijp ik de tekst?

Introductieslide

Ik onderscheid feiten en meningen.

Waarom zei Romy dit?

‘Want kleding moet wel lekker zitten.’

‘Je krijgt mooie kleding aan. En het is leuk dat iedereen naar je kijkt.’

Waarom zei Romy dit?

‘Je moet natuurlijk de outfit goed laten zien.’

‘Je moet soms lang wachten.’

‘Ik houd juist van kleur!’

Waarom zei Romy dit?

‘Bij deze kleur blauw poppen m’n ogen goed uit.’

‘En dat ik goed kan voetballen.’

Feit:

- Een feit kun je bewijzen of controleren.

- Over een feit kun je niet van mening verschillen.

- Het is dus waar of niet waar.

 Bijvoorbeeld: ‘Op woensdag

20 november regende het in Zwolle.’

Mening (of wens):

- Een mening is iets dat jij of iemand anders vindt. 

- Een ander kan hier anders over denken. 

Bijvoorbeeld: ‘Het is

leuk om te tekenen’ of ‘Zwolle is een lelijke stad’.

Het doel van een interview is dat je een persoon leert kennen. 

Hoe zou een stuk tekst over jou eruit zien met alleen maar feiten? En met alleen maar meningen/wensen?

De leerkracht doet het voor.

Feiten

Meningen/ wensen

Voorbeeld

Feiten

Meningen/ wensen

Romy is 13 jaar en komt uit Amsterdam.

Romy zegt liever designer dan mode-ontwerper.

Ze vindt het niet moeilijk om op de foto te gaan of een show te lopen.

We doen het samen.

Feiten

Meningen/ wensen

Nu jullie!

Schrijf alle feiten en meningen/wensen op!

Klaar? Vergelijk jouw schema met die van je maatje en maak de klaaropdracht!

Klaaropdracht:

Schrijf één stukje tekst over jezelf met

alleen maar feiten en daarna één met alleen maar 

meningen/wensen.

Hoe is het gegaan?

Hebben jullie meer feiten en meningen gevonden?

Hadden jullie andere dingen opgeschreven dan jullie maatje?

 Antwoord gevonden op je vraag? Schrijf het antwoord op een andere kleur post-it en plak deze bij de vraag op de vragenmuur.

Zijn er nieuwe vragen ontstaan? 
Schrijf ze op post-its. 

Tot de 

volgende keer!