Leerdoelen paragraaf 4.4:
• Je kan uitleggen wat staatsvorming is.
• Je kan uitleggen hoe ambtenaren verschilden van leenmannen.
• Je kan uitleggen wat centralisatie is.
• Je kan 4 voorbeelden van centralisatie noemen.
• Je kan uitleggen waarom door de centralisatie, de invloed van het leenstelsel afnam.
• Je kan uitleggen wat burgers van een stad naast stadsrechten kregen.
• Je kan uitleggen hoe de drie standen veranderden door de opkomst van de burgers.
• Je kan uitleggen wat een parlement is.
• Je kan uitleggen wat de Staten-Generaal is.
• Je kan uitleggen waarom het Duits koningschap verschilden van andere koningschappen.