This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Welkom
h4b!
Slide 1 - Slide
Programma
10 minuten lezen / werken aan literaire les
Opdrachten van vorige les nakijken
Terugblik/herhaling vorige les par. 20
Par. 21 Argumentatieschema's: kenmerken, vergelijking en causaliteit
Afsluiting en vooruitblik
Slide 2 - Slide
10 minuten
lezen / werken
aan literaire les
Slide 3 - Slide
Vraag 14 t/m 16
14 Het standpunt van de auteur vind je in de titel: ‘Ouders moeten hun houding over gamen aanpassen.’ (Het staat ook nog eens in de eerste zin van alinea 7.)
15 Hoofdargument 1: De kans op gameverslaving is bijzonder klein. (alinea 5, regels 29-31)
Hoofdargument 2: Gamen heeft veel positieve effecten. (alinea 7, regels 47-48)
16 Het zijn feitelijke argumenten: je kunt vaststellen of ze waar of onwaar zijn.
Slide 4 - Slide
Vraag 19
19 neven- en onderschikkende argumentatie
Slide 5 - Slide
Een argumentatie kent twee basisstructuren: en argumentatie.
Bij de eerste basisstructuur heb je te maken met één standpunt en één argument. De tweede basisstructuur kun je onderverdelen: in (1) argumentatie (een argument wordt ondersteund door één of meerdere subargumenten) en (2) argumentatie (twee of meer argumenten ondersteunen gezamenlijk het standpunt).
Hier onderscheiden we ook nog en . Bij de eerste zijn alle argumenten nodig om het standpunt te ondersteunen. Bij de tweede vormt elk argument op zich een zelfstandig argument voor het standpunt.
Soms worden in een redenering niet alle argumenten letterlijk genoemd. Je hebt dan te maken met
nevenschikkende
verzwegen argumenten
afhankelijke
meervoudige
onderschikkende
onafhankelijke
enkelvoudige
Slide 6 - Drag question
Is deze argumentatie aanvaardbaar? Mariah Carey is een goede artiest, want haar kersthits worden vaak gedraaid.
A
Nee, 'vaak' is niet hetzelfde als 'goed'.
B
Nee, er moet staan 'rijke' i.p.v. 'goede'.
C
Ja
D
Nee, want ze heeft ook nog andere liedjes gemaakt.
Slide 7 - Quiz
niet aanvaardbaar, want ...
het is dan wel een feit dat haar kerstliedjes veel gedraaid worden, maar dat heeft niets met kwaliteit te maken
het argument leidt niet per se tot het standpunt
Slide 8 - Slide
Communicatie 21: argumentatieschema's
Doel:
Je leert wat argumentatieschema's zijn en hoe je ze kunt herkennen in een tekst.
Slide 9 - Slide
Argumentatieschema's
= verband tussen standpunt en argument
Er zijn 4 soorten:
kenmerken (kenmerken, voor- en nadelen, voorbeelden)
vergelijking
causaliteit (oorzaak en gevolg, doel-middel)
autoriteit
Slide 10 - Slide
Argumentatie op basis van oorzaak en gevolg.
Een feit of gebeurtenis leidt tot een ander feit of andere gebeurtenis.
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Argumentatie op basis van kenmerk of eigenschap.
Als alle onderdelen van een groep hetzelfde kenmerk hebben, dan heeft een onderdeel van de groep dat kenmerk ook.
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Argumentatie op basis van voor- en nadelen
Hier wordt een afweging gemaakt: de voordelen worden vergeleken met de nadelen. Op basis daarvan wordt een oordeel uitgesproken.
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Argumentatie op basis van voorbeelden
Argumenten zijn gebaseerd op voorbeelden.
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Argumentatie op basis van vergelijking
Er wordt een vergelijking gemaakt tussen twee gevallen.
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Argumentatie op basis van autoriteit
Een standpunt wordt ondersteund door een uitspraak van een deskundige of gezaghebbende.
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Waarop is deze argumentatie gebaseerd?
Louis van Gaal en Marco van Basten zijn grote voorstanders van het invoeren van zuivere speeltijd bij het voetbal. Laten we er niet langer mee wachten: invoeren die handel.
A
autoriteit
B
voorbeeld
C
oorzaak en gevolg
D
vergelijking
Slide 23 - Quiz
Waarop is deze argumentatie gebaseerd?
Mensen zouden wat meer met de fiets naar hun werk moeten gaan, want dat is goed voor het milieu en het is goed voor hun conditie.
A
oorzaak en gevolg
B
voor- en/of nadelen
C
autoriteit
D
voorbeelden
Slide 24 - Quiz
Waarop is deze argumentatie gebaseerd?
Het is de hoogste tijd dat de lonen van alle Nederlanders omhoog gaan. De president van De Nederlandsche Bank heeft dat laatst ook in een interview gezegd.
A
oorzaak en gevolg
B
voor- en/of nadelen
C
autoriteit
D
voorbeelden
Slide 25 - Quiz
Waarop is deze argumentatie gebaseerd?
Volgens mij wordt het steeds moeilijker om in Amsterdam een betaalbare woning te kopen. Veel investeerders zetten hun geld niet meer op de bank, maar steken hun geld in woningen, die ze voor hoge prijzen verhuren.
A
autoriteit
B
voorbeeld
C
oorzaak en gevolg
D
vergelijking
Slide 26 - Quiz
Waarop is deze argumentatie gebaseerd?
Aangezien scooterberijders een helm moeten dragen, lijkt het me niet meer dan logisch dat mensen die op een e-bike rijden dat ook moeten.
A
autoriteit
B
voorbeeld
C
oorzaak en gevolg
D
vergelijking
Slide 27 - Quiz
Waarop is deze argumentatie gebaseerd?
Ik denk dat hij zich nauwelijks betrokken voelt bij het bedrijf en zijn collega's. Zo heeft hij zich gisteren ziek gemeld, terwijl hij 's middags wel in de sportschool was.
A
oorzaak en gevolg
B
voor- en/of nadelen
C
autoriteit
D
voorbeelden
Slide 28 - Quiz
Waarop is deze argumentatie gebaseerd?
Ik vrees dat de leerkrachten in het basisonderwijs de zo gewenste loonsverhoging niet zullen krijgen; de docenten in het voortgezet onderwijs kregen immers laatst ook niet meer salaris.
A
oorzaak en gevolg
B
voor- en/of nadelen
C
vergelijking
D
voorbeelden
Slide 29 - Quiz
Waarop is deze argumentatie gebaseerd?
Omdat jij je taalgebruik niet serieus neemt, zal je scriptie niet geaccepteerd worden.
A
autoriteit
B
oorzaak en gevolg
C
vergelijking
D
voorbeelden
Slide 30 - Quiz
Waarop is deze argumentatie gebaseerd?
Het Nederlands verloedert, want jongeren gebruiken steeds meer Engelse woorden als cool, relaxed en chill.
A
autoriteit
B
oorzaak en gevolg
C
vergelijking
D
voorbeelden
Slide 31 - Quiz
Waarop is deze argumentatie gebaseerd?
Als Jett Rebel volgend jaar optreedt op Lowlands gaan we zeker weer naar het festival. Vorige keer was hij ook top.
A
autoriteit
B
oorzaak en gevolg
C
vergelijking
D
voorbeelden
Slide 32 - Quiz
Waarop is deze argumentatie gebaseerd?
Wij komen nooit meer op tijd, deze file staat tot Utrecht.
A
autoriteit
B
oorzaak en gevolg
C
vergelijking
D
voorbeelden
Slide 33 - Quiz
Waarop is deze argumentatie gebaseerd?
We krijgen zeker een mondelinge toets, want V4 heeft over dezelfde stof ook een mondelinge toets gekregen.
A
autoriteit
B
oorzaak en gevolg
C
vergelijking
D
voorbeelden
Slide 34 - Quiz
Waarop is deze argumentatie gebaseerd?
Volgens de raad van huisartsen is het onnodig om elke dag je temperatuur te meten als je geen verkoudheidsverschijnselen hebt.
A
autoriteit
B
oorzaak en gevolg
C
vergelijking
D
voorbeelden
Slide 35 - Quiz
Waarop is deze argumentatie gebaseerd?
Het is gezond om twee keer in de week vis te eten. Dat bleek uit een onderzoek van afgelopen januari.
A
voorbeelden
B
vergelijking
C
autoriteit
D
oorzaak en gevolg
Slide 36 - Quiz
Waarop is deze argumentatie gebaseerd?
De maximumsnelheid moet omlaag. Dat levert minder verkeersslachtoffers op en het is goed voor het milieu.
A
voor- en nadelen
B
autoriteit
C
kenmerk of eigenschap
D
voorbeelden
Slide 37 - Quiz
Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: maandag 16 december
Huiswerk: leren p. 102-107 en de LessonUps
Meenemen: LAPTOP, OEFENboek, schrift en pen
Programma: oefenen met par. 21 argumentatieschema's