Verhoudingen

• Rekenen
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Verhoudingen

Uitleg verhoudingstabel

Nog een voorbeeld

Hoeveel kost 600 gram druiven?
Gebruik een verhoudingstabel.

1. 2,70 euro
2. 3,00 euro
3. 3,20 euro
4. 3,50 euro

Hoeveel betaal je voor een
zak met 600 gram snoepjes?

1. 3,20 euro
2. 4,80 euro
3. 6,40 euro

Welke dropsoort
is naar verhouding
het goedkoopst?

1. honingdrop
2. schoolkrijt

Breuk en procent

Handige percentages

50% is de helft van 100% dus delen door 2.

25% is een kwart van 100% dus delen door 4.

10% is een tiende deel van 100% dus delen door 10.

20% is een vijfde deel van 100% dus delen door 5.

Gebruik dit bij de volgende opdrachten!

Welke breuk hoort bij 25%?

1. 25/100
2. 1/4
3. 2/5

Welke breuk hoort bij 15%?

1. 1/15
2. 1/6
3. 3/20

Welk percentage hoort bij 1/5?

1. 20%
2. 5%
3. 18%
4. 25%

Bereken wat de
radio nu kost.

1. 12 euro
2. 96 euro
3. 108 euro
4. 24 euro

Janna koopt een
shirt en een rok.
Hoeveel betaalt
ze in totaal?

1. 50 euro
2. 14 euro
3. 40 euro
4. 36 euro

Uitleg procenten in verhoudingstabel

Voor het berekenen van aantallen naar procenten en omgekeerd kunnen de volgende stappen worden gevolgd:

1. Maak een verhoudingstabel met de aantallen boven en het aantal procenten onder.

2. Schrijf alle nuttige getallen die je uit de vraag kan halen in de tabel. Onder het totale aantal komt altijd 100% te staan.

3. Ga na welke rekenstappen je moet doen. Reken via 1!

Vul de hele tabel in!

4. Bereken het aantal procent of het onbekende aantal. En schrijf de conclusie op.

Gebruik dit bij de volgende opdrachten!

Voorbeeld uitleg procenten in verhoudingstabel

Kijk goed of je de korting uit moet rekenen of wat je moet betalen!

Voorbeeld uitleg procenten in verhoudingstabel

Gebruik dit bij de volgende opdrachten!

Bereken hoeveel euro
je moet betalen
voor de tv.

1. 455 euro
2. 245 euro
3. 350 euro
4. 250 euro

Bereken hoeveel
procent korting je
op de laarzen krijgt.

1. 70%
2. 45%
3. 30%
4. 55%

Uitleg verhoudingen

Uitleg verhoudingen

Let op: als je hiermee gaat rekenen is het totaal aantal delen bij de limonade 1 + 4 = 5.

Dus met 1 glas siroop en 4 glazen water heb je 5 glazen limonade.

Welke verhoudingen zijn gelijk aan
1 : 6?

1. 3 : 9
2. 3 : 18
3. 5 : 30
4. 6 : 30

Voor het maken van jam mengt Saskia aardbeien en suiker in de verhouding 50 : 30.
Hoeveel suiker heeft ze nodig voor 500 gram aardbeien?

1. 500 gram
2. 300 gram
3. 800 gram

Voor het maken van jam mengt Saskia aardbeien en suiker in de verhouding 50 : 30.
Hoeveel suiker heeft ze nodig voor 350 gram aardbeien?

1. 500 gram
2. 350 gram
3. 700 gram
4. 210 gram

Voor het maken van jam mengt Saskia aardbeien en suiker in de verhouding 50 : 30.
Hoeveel suiker heeft ze nodig als ze 4000 gram jam wil maken?

1. 300 gram
2. 800 gram
3. 1500 gram
4. 3000 gram

Wat heb je geleerd?

Wat vond je van deze lessonup?